Hempie!

Thema: Wie ben ik?
Laat mij maar in mijn hempie staan!
Verbeeld het weer of klimaat met collage technieken.
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
Kunstzinnige oriëntatieBasisschoolGroep 3-8

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Introductie

Maak een 'superhemd' dat je zelfvertrouwen een boost kan geven tijdens spannende momenten. Bewerk het superhemd met alle dingen die je fijn vindt of een goed gevoel geven. We gebruiken verschillende technieken.

Instructies

Dit is een langere opdracht, op te knippen in meerdere lessen en ook uit te bouwen met andere tekeningen. 

Download voor instructies de lesbrief.
Veel plezier!

Instructies

Werkbladen

Onderdelen in deze les

Thema: Wie ben ik?
Laat mij maar in mijn hempie staan!
Verbeeld het weer of klimaat met collage technieken.

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je nodig:
  • wit effen t-shirt of hemd - mag oud zijn
  • textielstiften
  • textielverf
  • werkbladen
  • sponsjes of tamponeerkwasten
  • verfbakjes
  • stevig papier (160 grams)
  • prikpen en -mat of scharen
  • potloden
  • verfschorten

Slide 2 - Tekstslide

Stap 1: Oriëntatie

Slide 3 - Tekstslide

Wat maakt jou jou?
Bestaat er een kopietje van jou?

Slide 4 - Open vraag

Hoe kan ik verschillende technieken en materialen gebruiken om textiel te bewerken?

Slide 5 - Open vraag

Waar ben je al een beetje goed in of waar
zou je heel graag goed in worden?

Slide 6 - Open vraag

Laat mij maar in mijn hempie staan!

Ken je dat? 
Dat je je soms in kleding heel 'chill' voelt, bijvoorbeeld in je pyjama op de bank op zaterdagochtend?

En soms juist extra deftig? 
In je spiksplinter nieuwe kleding bijvoorbeeld. 

Kleding kan je stemming of gevoel versterken. 
We gaan een hemd maken
dat ons extra kracht geeft. Een superhemd!

We werken in meerdere lessen naar het
superhemd toe. 

We maken vandaag een kopietje en een talisman.

Slide 7 - Tekstslide

Bedenk voor jezelf 10 dingen die jou
een goed gevoel geven.
Dat kan zijn: hobby's, mensen, dieren,
eten, spullen, herinneringen of plekken.

Slide 8 - Woordweb

Vergelijk jullie tien dingen, in tweetallen bijvoorbeeld. 
Wat valt op?

Slide 9 - Tekstslide

Vergelijk jullie tien dingen, in tweetallen bijvoorbeeld. 
Wat valt op?
Heeft iemand alles hetzelfde als een klasgenoot?

Slide 10 - Tekstslide

Kasper kopietje alleen vorlezen?
Kasper ontdekt een kopietje

Lees het verhaal
Bespreek de vragen
  • Heb jij wel eens gedacht dat er een kopietje van jou zou bestaan?
  • Wanneer is iemand precies
    zoals jij?
  • Zou je zo’n kopietje willen ontmoeten als die zou bestaan?

Slide 11 - Tekstslide

Maak een kopietje van jezelf
Maak op het werkblad een kopietje van jezelf.

Je mag hierbij tekenen, schrijven en eventueel knippen en plakken.

  • Wat zijn jouw uiterlijke kenmerken? 
  • Wat zijn je eigenschappen die je niet kunt zien? Hoe kun je die toch laten zien?

Slide 12 - Tekstslide

Stap 2: Onderzoeken

Slide 13 - Tekstslide

Geluksbrengers, talismannen en amuletten
Over de hele wereld gebruiken mensen geluksbrengers. 
Die zijn vaak zelfgemaakt, gekregen of gevonden. 
Klik hier voor voorbeelden uit de geschiedenis. 
(Google Arts and Culture - zoekterm 'amulet of talisman')

Slide 14 - Tekstslide

Wie heeft thuis iets dat geluk brengt of beschermt?

Heb je het gevonden of gekregen?

Waarom denk je dat het geluk brengt?

Slide 15 - Tekstslide

Stap 3: Uitvoeren

Slide 16 - Tekstslide

Teken op het werkblad een talisman voor jezelf
Teken iets dat je mooi of belangrijk vindt of dat je een prettig gevoel geeft. Misschien brengt het wel geluk!

  • Wie heeft thuis iets dat geluk geeft of beschermt?
  • Heb je wel eens iets heel bijzonders gekregen van iemand?
  • Heb je wel eens iets gevonden dat je heel mooi vond en daarom wilde bewaren?
  • Heb je iets al heel lang en graag bij je?

Slide 17 - Tekstslide

Stap 4: Reflecteren

Slide 18 - Tekstslide

Wat heb je getekend en waarom?

Slide 19 - Tekstslide

Waarvoor zou jij geluk kunnen gebruiken?

Slide 20 - Tekstslide

Einde opdracht 1 - Op de volgende slide gaat opdracht 2 van Hempie verder.

Slide 21 - Tekstslide

Stap 1: Oriëntatie

Slide 22 - Tekstslide

Laat mij maar in mijn hempie staan!

Ken je dat? 
Dat je je soms in kleding heel 'chill' voelt, bijvoorbeeld in je pyjama op de bank op zaterdagochtend?

En soms juist extra deftig? 
In je spiksplinter nieuwe kleding bijvoorbeeld. 

Kleding kan je stemming of gevoel versterken. 
We gaan een hemd maken
dat ons extra kracht geeft. Een superhemd!

We werken in meerdere lessen naar het
superhemd toe. 

Wat heb je tot nu toe al gedaan? 
Vandaag: we ontwerpen een logo.

Slide 23 - Tekstslide

Stap 2: Onderzoeken

Slide 24 - Tekstslide

Logo's
Met een logo kun je laten zien wie je bent en waar je goed in bent.
Bedrijven en bekende mensen hebben vaak een logo.
(Pinterest- zoekterm 'smart logo design')

Slide 25 - Tekstslide

Waar ben jij goed in?

Waar zou jij goed in willen zijn?

Slide 26 - Tekstslide

Stap 3: Uitvoeren

Slide 27 - Tekstslide

Maak een logo tekening over waar je goed in bent of wilt zijn 

  • Maak de tekening simpel.
  • Maak de tekening zo groot mogelijk.

Slide 28 - Tekstslide

Stap 4: Reflecteren

Slide 29 - Tekstslide

Als je nog niets zegt, kunnen anderen dan raden wat je logo betekent?

Slide 30 - Open vraag

Hoe zou je waar jij goed in bent nog meer kunnen tekenen?

Slide 31 - Open vraag

Einde opdracht 2 - Op de volgende slide gaat opdracht 3 van Hempie verder.

Slide 32 - Tekstslide

Stap 1: Oriëntatie

Slide 33 - Tekstslide

Laat mij maar in mijn hempie staan!

Ken je dat? 
Dat je je soms in kleding heel 'chill' voelt, bijvoorbeeld in je pyjama op de bank op zaterdagochtend?

En soms juist extra deftig? 
In je spiksplinter nieuwe kleding bijvoorbeeld. 

Kleding kan je stemming of gevoel versterken. 
We gaan een hemd maken
dat ons extra kracht geeft. Een superhemd!

We werken in meerdere lessen naar het
superhemd toe. 

Wat heb je tot nu toe al gedaan? 
Vandaag: we ontwerpen een superhemd.

Slide 34 - Tekstslide

Stap 2: Onderzoeken

Slide 35 - Tekstslide

Hoe ga jij jouw superhemd vormgeven?

Hoe komen de tekeningen uit de andere opdrachten erop te staan?

Je kunt het werkblad gebruiken om een ontwerp te maken.

Slide 36 - Tekstslide

Stap 3: Uitvoeren

Slide 37 - Tekstslide

Gebruik de presentatie 'Textieldruk' voor een uitleg over het maken van een sjabloon en het bedrukken van textiel

Slide 38 - Tekstslide

Maak je eigen superhemd
  • Schets op het werkblad hoe jouw superhemd eruit gaat zien 
  • Gebruik de tekeningen uit de andere opdrachten
  • Knip of prik een van je tekeningen uit in een sjabloon, deze ga je straks op je superhemd drukken
  • Teken met textielstiften je andere tekeningen op je superhemd

Slide 39 - Tekstslide

Stap 4: Reflecteren

Slide 40 - Tekstslide

Welke shirts zijn erg herkenbaar en goed te linken aan de maker? Waarom vind je dat?

Slide 41 - Open vraag

Hoe ging het combineren van verschillende materialen en technieken?

Slide 42 - Open vraag

Denk je dat het dragen van een superhemd helpt bij spannende activiteiten? Waarom? Waarom niet?

Slide 43 - Open vraag

Wat vond je van deze les?
Gaaf, zin in de volgende
Wel ok
Niet zo leuk
Heel erg niet leuk
Te moeilijk
Te makkelijk

Slide 44 - Poll

Slide 45 - Tekstslide