2020-11-16 der, die, das

sleep de regel naar het lidwoord
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

sleep de regel naar het lidwoord

Slide 1 - Tekstslide

der
die
das
Vrouwelijke personen en diernamen
Mannelijke personen en diernamen
Woorden die eindigen op -e
het- woorden
woorden die eindigen op -ung, -heit, -keit, -schaft

Slide 2 - Sleepvraag

Kies steeds: der, die of das

Slide 3 - Tekstslide

___ Pflanze (plant)
A
der
B
die
C
das

Slide 4 - Quizvraag

___ Haus (huis)
A
der
B
die
C
das

Slide 5 - Quizvraag

___ Stier (stier)
A
der
B
die
C
das

Slide 6 - Quizvraag

___ Lehrerin (lerares)
A
der
B
die
C
das

Slide 7 - Quizvraag

___ Ehrlichkeit (eerlijkheid)
A
der
B
die
C
das

Slide 8 - Quizvraag

___ Bäcker (bakker)
A
der
B
die
C
das

Slide 9 - Quizvraag

___ Blume (bloem)
A

Slide 10 - Quizvraag

___ Mädchen (meisje)
A
der
B
die
C
das

Slide 11 - Quizvraag

___ Kind (kind)
A
der
B
die
C
das

Slide 12 - Quizvraag

___ Schule (school)
A
der
B
die
C
das

Slide 13 - Quizvraag

____ Cousin (neef)
A
der
B
die
C
das

Slide 14 - Quizvraag

___ Hausmeister (conciërge)
A
der
B
die
C
das

Slide 15 - Quizvraag

___ Mannschaft (elftal)
A
der
B
die
C
das

Slide 16 - Quizvraag

___ Bauarbeiter (bouwvakker)
A
der
B
die
C
das

Slide 17 - Quizvraag

___ Kater (kater)
A
der
B
die
C
das

Slide 18 - Quizvraag

___ Freiheit (vrijheid)
A
der
B
die
C
das

Slide 19 - Quizvraag

___ Kuh (koe)
A
der
B
die
C
das

Slide 20 - Quizvraag

___ Hotel (hotel)
A
der
B
die
C
das

Slide 21 - Quizvraag

___ Einsamkeit
A
der
B
die
C
das

Slide 22 - Quizvraag

___ Hahn (haan)
A
der
B
die
C
das

Slide 23 - Quizvraag