T2a

• Duits
• MBO
• Studiejaar 2

Herzlich Wilkommen T2A!

die Planung

•  Wiederholung: Grammatik
• Laufdiktat Redemittel
• Weihnachten

Ontleden ja/nee?

Om te bepalen welke naamval je voor een zinsdeel moet gebruiken, kun je enkele stappen zetten:

stap 1: Zoek naar een voorzetsel in het zinsdeel. 

stap 2:  Als er geen voorzetsel is, ontleed je de zin naar onderwerp, lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp.

Ontleden (net als in het Nederlands)

1e naamval ➔ wie/wat + gezegde?

4e naamval ➔ wie/wat+gezegde+ onderwerp?

3e naamval ➔ aan wie/voor wie+gezegde+onderwerp+lijdend voorwerp?

 

Ik heb voor mijn moeder een krant gekocht  

Für +4 dies__ Land (o) brauchen Sie Impfungen

Sie sollen sofort ein_ Anzahlung (v) von 100 Euro machen

Wir haben auch ein_ Abteilung (v) Geschäftsreisen

Laufdiktat

1. Leg je schrift ergens in de kamer, op loopafstand.
   
2. Je krijgt zometeen een vraag die te beantwoorden is met de Redemittel. Schrijf het juiste antwoord in je schrift.
   
3. Hierna controleer je of je het juiste antwoord hebt ingevuld en vooral of je het goed hebt opgeschreven.

1. Zeg dat de klant voor dit land inentingen nodig heeft.

1. Für dieses Land brauchen Sie Impfungen.
2. Veur dieses Land brauchen Sie Impfungen
3. Für dieser Land brauchen Ihr Impfungen.
4. Für diesem Land brauchen Sie Impfungen.

2. Zeg dat de klant contant of met de creditkaart kan betalen.

1. Sie müssen contant bezahlen oder mit Ihrem Kreditkarte
2. Sie können bar bezahlen oder mit Ihrem Karte
3. Sie können bar zahlen oder mit ihrem pinpas
4. Sie können bar zahlen oder mit Ihrer Kreditkarte.

3. Vraag naar welke luchtvaartmaatschappij de voorkeur van de klant uitgaat.

1. Welche Fluggesellschaft bevorzugen Sie?
2. Welcher Fluggesellschaft möchten Sie?
3. Welche Fluggesellschaft bevorzuggen Ihnen?
4. Welches Fluggesellschaft bevorzugen Sie?

4. Zeg dat het VVV kantoor het hele jaar geopend is van 9.00 tot 17.00 uur.

1. Die VVV ist ganzjährig von 9.00 bis 17.00 Uhr geöffnet.
2. Die Touristeninformation ist öffen von 9.00 bis 17.00 Uhr, das ganze Jahr.
3. Die Touristeninformation ist ganzjährig geöffnet von 9.00 bis 17.00 Uhr.
4. Die Touristeninformation sind ganzjährig geöffnet von 10.00 bis 17.00.

5. Zeg dat deze stad veel bezienswaardigheden heeft zoals een kasteel, een historische binnenstad en musea.

1. Diese Stadt hat viele Sehenswürdigkeiten: ein Schloss, eine historische Altstadt und Museen.
2. Diese Stad hat viel Besehnskeiten: ein Kastel, eine historische Alte Stadt und Museen.
3. Dies Stadt hat viele Sehenswurdigkeiten: eine Schloss, ein historischer Altstadt und Musea
4. Dieser Stadt hat viele Sehenswürdigkeiten: ein Kastel, eine historische Altstadt und Museen.

6. Sie können bei uns auch einzelne Tickets für Reiseziele auf der ganzen Welt buchen.

7. Ich brauche Ihre Personalien. Diese sollen übereinstimmen mit den Daten in Ihrem Ausweis.

8. Die Abflug-und-Ankunftszeit finden Sie auf Ihrem Flugschein.

9.An verschiedenen Stellen hat man schöne Aussichten auf die Stadt

10. Für eine Reise nach Südafrika müssen Sie ein Visum beantragen.

Quiz

richtig oder falsch?

Duitsland heeft het grootste bevolkingsaantal in Europa.

1. Richtig
2. Falsch

Berlijn is de grootste stad van Duitsland.

1. Richtig
2. Falsch

Berlijn is altijd al de hoofstad van Duitsland geweest.

1. Richtig
2. Falsch

In Berlijn is er een museum gewijd aan de Currywurst.

1. Richtig
2. Falsch

Landeskunde

wie heißt diese Torte?

wie viele Brotsorten gibt es in Deutschland?

Die Farben der deutschen Fahne sind Schwarz, Gold, Rot. Wie sind sie eingeordnet?

Kartoffelsalat

Flammkuchen

Maultaschen

Apfelstrudel

Lebkuchen

Knödel

Kaiserschmarren

Bratwurst

das deutsche Fernsehen

Westdeutscher Rundfunk

Zweites Deutsches Fernsehen

De Norddeutscher Rundfunk

Arbeitsgemeinschaft der öffentlich-rechtlichen Rundfunkanstalten der Bundesrepublik Deutschland

Geografie

Wie viele Einwohner hat Deutschland?

Wieviele Bundesländer hat Deutschland?

Was ist die Hauptstadt von Deutschland?

Welches deutsche Bundesland hat die meisten Einwohner?

Wie heißt der höchste Berg Deutschlands?

Wieviele Nachbarländer hat Deutschland?

Weihnachten ist, wenn

1. die Geburt Jesus gefeiert wird
2. die Tannen blühen
3. die Hasen Geschenken bringen
4. die Rentiere eine Rote Nase haben

Wer hat den Weihnachtsmann erfunden (bedacht)?

1. Die Kirche
2. Der Papst
3. Coca Cola
4. der Präsident von den USA

Coca Cola

In 1931 maakte de Amerikaanse reclametekenaar Haddon Sundblom (1899-1976) voor het eerst een afbeelding van de Kerstman voor Coca-Cola. Van Santa-Claus maakte hij een warme, vrolijke, vriendelijke, goedzak met rode blosjes op de wangen. En natuurlijk hield deze Santa erg van een specifiek drankje: Cola-Cola.

In welk land is de traditie een kerstboom te hebben ontstaan?

1. Österreich
2. USA
3. Deutschland
4. Schweiz

Wie hoch ist der größte Weihnachtsbaum der Welt?

1. 25 m
2. 45 m
3. 100 m
4. 10 m

Wo steht der weltweit größte Weihnachtsbaum?

1. Dortmund
2. Vatikan
3. New York
4. Zürich

Warum schreiben die Amerikaner
X-mas
für Weihnachten?

1. typisch amerikanisch, alles wird abgekürzt (afgekort)
2. X ist das Zeichen (teken) für Christus
3. typisch amerikanisch, alles XL

X-mas

 De letter X staat voor de beginletter van het woord Xristos. De griekse naam voor Christus.

00:00

Wie lauten die Titel der beiden Lieder?

1. Stille Nacht & Jingel Bells
2. Schöne Nacht & Klingel Bells
3. Durch die Nacht & Gingel Bells
4. Kom op & de Gingel Bells

Die Lieblingsfrisur (kapsel) des Weihnachtsmanns:

1. Rastalocken
2. lange Haare mit weißem Bart
3. Pferdeschwanz (paardenstaart)
4. Glatze (kaal)

Wat heeft december wel en de andere maanden niet?