Milan is alleen

• Nt2
• Hoger onderwijs

Milan 

is 

alleen

Knal! 

Milan trapt de deur open. 

Hij is boos.

Wat moet hij nu?

Igor is weer ziek.

Milan moet morgen werken.

Moet? Echt wel.

Igor is zo vaak ziek.

De baas is boos.

Wat nu?

Ik ben een vader.

Ik heb een zoon.

Er is geen moeder.

Ik heb geen hulp.

Milan zei het al vaak aan mijn baas.

Eerst luisterde hij.

Nu niet meer.

Milan moet morgen echt werken.

Milan woont in een lange straat. 

Er zijn veel mensen. 

Mensen met kinderen. 

Mensen zonder kinderen.

Hij durft niet met hen te praten.  

Een vader met een zoon? 

Dan stellen ze weer vragen. 

Milan wil geen vragen.

Hij wil alleen zijn. Alleen met Igor. 

Alleen is soms een probleem. 

Als Igor ziek is.

De bel klinkt luid.

De buurvrouw opent de deur.

'Kom binnen', zegt ze.

Milan blijft staan.

Hij zoekt woorden.

'Mijn zoon is ziek.

Ik moet werken.'

Buurvrouw luistert.

Ze knikt. 

Ze komt morgen.

De hele dag. Spelen met Igor.

Igor in bed leggen.

Brood smeren voor Igor.

Milan heeft tranen in de ogen.

'Dankjewel, buurvrouw', zegt hij.

Buurvrouw glimlacht.

'Ga nu rustig slapen', zegt ze.

Buurvrouw heeft een zak bij.

Wat zit erin? Igor mag raden.

Een spel?

Ja!

Wat nog? 

Een boek.

Buurvrouw moet voorlezen.

Igor wil luisteren. 

Ook al heeft hij koorts.

 

Milan vertrekt.

Het is stil.

Waar is Igor?

En buurvrouw?

Igor slaapt.

Buurvrouw leest.

'Wat een fijne zoon heb jij!

We zijn nu vrienden. 

Ik kom morgen nog een dag. 

Daarna is Igor weer beter.'

Hij droomt.

Dat denkt Milan soms.

Moet Milan vroeg werken?

Buurvrouw brengt Igor naar school.

Moet Milan laat werken?

Buurvrouw en Igor spelen samen.

Ze eten samen.

Dan komt Milan thuis.

Igor heeft rode wangen.

Hij is moe. En gelukkig.

Milan ziet dat heel goed.

Buurvrouw woont ook alleen. 

Daarom helpt ze Igor en Milan.

Dat denkt Milan.

Hij vraagt het niet.

Buurvrouw zegt ook niet veel.

Soms blijft buurvrouw nog even zitten.

Igor slaapt al.

Het huis is rustig.

Ze praten over het werk van Milan. Over de band die altijd snel gaat.

Over de trots van Milan.

Als een auto weer helemaal klaar is.

Buurvrouw blijft nooit lang.

'Mijn huis wacht', zegt ze.

Ze knipoogt.

Milan vindt dat prima.

Hij is graag alleen.

Hij voelt zich wel minder alleen.

Op een avond komt Milan thuis.

Igor huilt.

'Buurvrouw gaat weg.

Dat wil ik niet.'

Buurvrouw vertelt.

Haar dochter woont ver weg. 

In Japan.

Ze gaat naar haar dochter.

Er is een kleinkind geboren. 

Een jongen. 

Buurvrouw is fier.

Igor huilt drie dagen.

Dan haalt Milan hem van school.

Igor lacht en roept.

Hij heeft een kaart vast.

'Lotte is jarig.

Ze geeft een feestje.

Ik mag komen.'

Milan kent Lotte niet.

Hij kent de ouders van Lotte niet.

Hij wil niet dat Igor gaat.

Wat moet hij doen?

Buurvrouw is er niet.

Milan moet zelf beslissen.

Wil hij dat Igor speelt bij andere mensen?

Igor wil wel.

Lotte woont in nummer 35.

Er zijn veel kinderen. 

Er zijn ook ouders.

Milan zoekt de ouders van Lotte.

Hij ziet een mama.

'Gefeliciteerd met de verjaardag van Lotte!'

Je bent de eerste die mij feliciteert.

Dankjewel!'

Deed hij iets fout? 

Milan twijfelt.

Igor is op het feestje.

Milan is alleen.

Milan gaat naar de winkel.

Hij koopt een nieuw hemd.

Daarna loopt hij door het park.

Wat is het rustig!

Zo alleen, zonder Igor,

dat is een andere wereld.

Milan geniet.

Het is al snel drie uur later.

'

Mag Igor komen spelen bij Amin?' 

De mama van Amin kijkt Milan aan. 

Het feestje van Lotte is voorbij. 

Ouders halen kinderen op.

De kinderen zijn moe en vrolijk. 

Sommigen willen niet naar huis.

Igor en Amin lopen hand in hand.

'Amin vertelt altijd over Igor.

Igor is zijn beste vriend. 

Mag hij volgende week komen spelen? 

Het wordt vast fijn.' 

Igor rent voor Milan uit.

Hij vertelt over het feestje.

Ze speelden in de tuin.

Ze keken naar de kamer van Lotte. 

Lotte heeft een stapelbed.

Haar grote broer slaapt boven.

Lotte beneden.

Igor vertelt en vertelt.

Eerst Lotte, nu weer Amin.

Igor heeft een eigen leven.

Wat weet Milan weinig over zijn zoon.

'Mijn vriend is er! Igor is er.'

Amin danst door het huis.

Igor danst mee.

De mama van Amin is er ook.

Of Milan iets wil drinken?

Milan wil niet.

'Ik heb nog te veel te doen.'

De mama van Amin knikt.

Ouders hebben het altijd druk.

Weer loopt Milan door de stad.

Alleen.

Hij gaat naar de bib.

Neemt de krant. Leest.

Is weg van de wereld.

Dan schrikt hij op.

Het is tijd.

Tijd om Igor te halen.

Hij wandelt naar het huis van Amin.

De rust zit nog in zijn lijf.

Igor wil niet mee.

Hij wil bij Amin blijven.

'Je mag nog een keertje komen.'

De mama van Amin troost.

'Ik wil de volgende keer bij Igor spelen.'

Amin weet het zeker.

Milan wist het.

Hij wist dat het zou gebeuren.

Wil hij een ander kind in huis?

Buurvrouw is weer thuis.

Met een pakje voor Igor.

En een fles wijn voor Milan.

Samen drinken ze de wijn op.

Buurvrouw vertelt.

Over haar dochter.

Over haar kleinzoon.

Piepklein en lief.

'En hoe was het zonder mij, Milan?'

Nu moet Milan wel vertellen.

Over het feestje.

Over Amin.

Plots vertelt hij meer.

Hoe moeilijk het is om alleen te zijn.

Om elke dag alleen papa te zijn.

Moeilijk als Igor naar een feestje mag.

Moeilijk als Igor bij Amin wil spelen.

Moeilijk om te praten met de andere ouders.

Buurvrouw knikt. Ze zegt niet: 'Ik begrijp het.'

Nee. Ze zegt: 

'Jij bent Milan. Je bent een geweldige papa.

Je bent vaak alleen. Je vindt praten moeilijk.

Er is zeker veel gebeurd in je leven.

Ik zie geen vrouw.

Ik zie Igor.

Hij is een gelukkig kind.

'Je stond voor mijn deur. 

Je vroeg hulp.

Ik was blij!

Je hebt mij vertrouwen gegeven.

Ik mag op Igor passen.

Ik mag met jou aan tafel zitten.

We zijn vrienden.

Je hebt het gedurfd.

Jij hebt mij om hulp durven vragen.'

'Je kan nog meer durven.

Durf een vriendje te laten komen.

Durf met ouders te praten.

Het is voor alle ouders moeilijk.

Mag mijn zoon bij jou komen spelen? 

Kan jij Igor ophalen op school? 

Dat zijn moeilijke vragen.

Durf ze te vragen.'

Nog nooit sprak buurvrouw zo lang.

Durven te vragen. 

Bij andere mensen durven te zijn. 

Milan moet nog veel leren.

De bel gaat.

Igor rent naar de deur.

'Ben je het straatfeest vergeten?'

Buurvrouw heeft een glas wijn vast.

'We eten en drinken vandaag samen.

De kinderen spelen.

Kom je ook?'

Milan kijkt naar buiten.

Er zijn buren.

Er is een tafel met eten.

Er is muziek.

Er komen nog veel mensen.

Te veel?

Igor rent de straat op.

Hij schopt een bal naar een ander kind.

Milan knikt naar buurvrouw.

'Ik kom.'

1. Wie zijn de hoofdpersonages in dit verhaal?

* .............................................

* .............................................

2. Wat is het thema in het verhaal?

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

..........................................................................................................................

3. Welke woorden vind je moeilijk? 

     

     Wat je begrijp je niet zo goed? 

________________________________________________________

.....................................................................................................................................

.....................................................................................................................................

.....................................................................................................................................