Economisch bekeken - H1.4 De computershop (K) en H1.3 De winkelprijs (B)

1.4 De computershop (K)
1.3 De winkelprijs (B)
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.4 De computershop (K)
1.3 De winkelprijs (B)

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik

Slide 2 - Tekstslide

Reken uit!
  • Bakkerij Kloetstra bakt en verkoopt 400 broden per dag. De inkoop bij de
     broodfabriek is € 0,22 per brood. De overige kosten zijn € 140,- per dag.

  • Vraag: Hoeveel bedraagt de kostprijs van één brood?

  • Antwoord: 
  • € 140,- : 400 broden = € 0,35 per brood
  • Totaal: € 0,22 + € 0,35 = € 0,55 per brood
  • De kostprijs is € 0,55 per brood.




timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

1.4 De computershop (K)
1.3 De winkelprijs (B)

Slide 4 - Tekstslide

Aan het eind van deze les kun je:
  • aangeven waar de omzet, de brutowinst en de kostprijs uit bestaan.
  • de bedrijfskosten en de nettowinst per product berekenen.
  • uitleggen wat de brutowinstopslag is.
  • met behulp van de brutowinstopslag de verkoopprijs berekenen.
  • de verkoopprijs exclusief en inclusief btw berekenen.
Wat gaan we leren?

Slide 5 - Tekstslide

  • Om winst te kunnen maken
      moeten een bedrijf zijn
      inkoopprijs/kostprijs verhogen,
      anders verdienen we niks.
  • Dat doet het bedrijf door een
      extra bedrag boven op de
      inkoopprijs toe te voegen.
  • Vraag: Hoe noemen we dit
      bedrag?
Winst

Slide 6 - Tekstslide

  • De brutowinstopslag
      Winstopslag 
    is het
      verschil tussen de inkoopprijs en
      de verkoopprijs exclusief btw.
  • De brutowinstopslag is een
      bedrag in euro's.
  • De brutowinstopslagen van alle
     artikelen samen is de Brutowinst
     uit OIBKN.
Brutowinstopslag / Winstopslag

Slide 7 - Tekstslide

  • De brutowinstmarge
     (winstmarge) 
    is het verschil
      tussen de verkoopprijs en de
      inkoopprijs van een product
      in procenten van de verkoopprijs.
  • De brutowinstmarge is een
      percentage.
  • Formule: brutowinst
      inkoopwaarde × 100 =
      brutowinstmarge in %
Brutowinstmarge 

Slide 8 - Tekstslide

  • Stap 1: Inkoopprijs
  • Stap 2: Brutowinstopslag erbij
  • Stap 3: Verkoopprijs excl. BTW
  • Stap 4: BTW erbij
  • Stap 5: Winkelprijs incl. BTW
Stappenplan Winkelprijs / Consumentenprijs

Slide 9 - Tekstslide

Oefenopgave

Slide 10 - Tekstslide

VRAGEN?

Slide 11 - Tekstslide

OPDRACHTEN
  • Basis: Maak de opgaven 1 t/m 27 op bladzijde 16 t/m 18
     van werkboek 4A
     Kader: Maak de opgaven 1 t/m 16 op bladzijde 20 t/m 23
     van werkboek 4A.
  • Klaar? Ga dan aan de slag met de rekentrainer op bladzijde
      35.






timer
7:00
Rood = Zelfstandig en stil werken. 
Geel = Fluisteren en overleggen toegestaan
Groen = Praten

Slide 12 - Tekstslide

Bereken de consumentenprijs van de onderstaande producten.
Is het gelukt?

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk voor de volgende les:
  • Basis: Maak de opgaven 1 t/m 27 op
      bladzijde 16 t/m 18 van werkboek 4A.

  • Kader: Maak de opgaven 1 t/m 16 op
      bladzijde 20 t/m 23 van werkboek 4A.

Huiswerk

Slide 14 - Tekstslide

Bedankt en fijne dag!

Slide 15 - Tekstslide