15 september

Wat doen we vandaag?
  • Herhalen grammatica van Hoofdstuk 7. 
  • Lezen grammatica H. 8.
  • Vertalen 8A, t/m zin 6. 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we vandaag?
  • Herhalen grammatica van Hoofdstuk 7. 
  • Lezen grammatica H. 8.
  • Vertalen 8A, t/m zin 6. 

Slide 1 - Tekstslide

Vragen gammatica?

Slide 2 - Open vraag

Aanwijzend voornaamwoord
  • hic, haec, hoc zijn aanwijdend voornaamwoorden. 
  • Ze kunnen bijvoeglijk en zelfstandig worden gebruikt.

Slide 3 - Tekstslide

Aanwijzend voornaamwoord
  • Bijvoeglijk gebruikt:
  • Vertaal je hic, haec, hoc in het Nederlands met ‘deze’ of ‘dit’.
  • hic, haec, hoc congrueert met het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.
  • Voorbeeld:
  • Iuppiter haec verba dixit.
  • Jupiter zei deze woorden.

Slide 4 - Tekstslide

Aanwijzend voornaamwoord
  • Zelfstandig gebruikt:
  • Vertaal je hic, haec, hoc met ‘hij’, ‘zij’, ‘het’, ‘deze (dingen)’.
  • Voorbeeld:
  • Iuppiter haec dixit.
  • Jupiter zei deze dingen.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Persoonlijk voornaamwoord
  • Persoonlijke voornaamwoorden: ik, jij, wij, jullie
  • In het Latijn: ego (ik), tu (jij), nos (wij) en vos (jullie).
  • Deze persoonlijk voornaamwoorden worden net zoals zelfstandig naawoorden verbogen.
  • Deze rijtjes staan in het boek.
  • Let op: voor de genetivus is er een apart bijvoegelijk naamwoord. 

Slide 7 - Tekstslide

Falerii liberos curae alicuius magistri demandabant.

Slide 8 - Open vraag

Is, qui valde doctus erat, filios principum erudiebat.

Slide 9 - Open vraag

Mos ei magistro erat et in pace et in bello pueros a portis urbis trahere et cum eis ante urbem exercere.

Slide 10 - Open vraag

Quodam die eos longius solito inter stationes hostium ad Camillum, ducem Romanorum, duxit.

Slide 11 - Open vraag

Magister Camillo dixit: “Falerios Romanis trado,
quia vobis liberos principum do.”

Slide 12 - Open vraag

Dux Romanorum ei respondit:

Slide 13 - Open vraag

Ad non scelestum populum et imperatorem cum hoc scelesto munere venisti!

Slide 14 - Open vraag

Sunt iura belli, sicut pacis.

Slide 15 - Open vraag

Nos Romani haec solemus gerere.

Slide 16 - Open vraag

Arma habemus non adversus hos liberos, sed adversus homines armatos.

Slide 17 - Open vraag

Tu hos pueros novo scelere vicisti, sed ego Falerios virtute armisque vincam!

Slide 18 - Open vraag

Deinde manus magistri post tergum illigavit et eum pueris tradidit.

Slide 19 - Open vraag

Virgas quoque eis dedit.

Slide 20 - Open vraag

Dum his virgis pueri proditorem verberant, eum in urbem egerunt.

Slide 21 - Open vraag

Aan het werk. 
  • Leer de grammatica van H. 8.
  • Vertaal 8A, t/m 14.

Dit is ook huiswerk. Daarnaast: leer de woordjes van 8A. 


Slide 22 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 23 - Open vraag

Wat is nog onduidelijk?
Waar wil je meer over weten?

Slide 24 - Open vraag