Deel 6: Ethische theorieën: Epicurisme, Plichtsethiek en Gevolgenethiek

Deel 6: Ethiek 
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieSecundair onderwijs

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Deel 6: Ethiek 

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog over ethische theorieën?

Slide 2 - Woordweb

Wat zijn ethische theorieën?
Ethische theorieën zijn verschillende benaderingen om te bepalen welke handelingen goed of fout zijn.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen waarden en normen?
A
Waarden zijn principes en idealen, normen zijn gedragsregels die hierbij horen.
B
Waarden zijn gedragsregels en normen zijn principes en idealen.
C
Er is geen verschil tussen waarden en normen.
D
Waarden en normen zijn hetzelfde.

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen instrumentele en intrinsieke waarden?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Moreel, immoreel en amoreel 
Draai aan het rad en leg het begrip uit. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Epicurisme (hedonisme) 
Epicurisme is een ethische theorie die stelt dat het doel van het leven is om gelukkig te zijn en pijn te vermijden.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Welk gedachte-experiment is een tegenvoorbeeld voor Epicurus zijn theorie?

Slide 13 - Open vraag

De pleziermachine van Nozick 
De pleziermachine van Nozick: Het toont aan dat ervaring van geluk voor mensen niet het belangrijkste is in hun leven. Wat wel belangrijk is, is dat we écht iets kunnen realiseren en op een bepaalde manier kunnen zijn.

Slide 14 - Tekstslide

Plichtsethiek
Plichtsethiek is een ethische theorie die stelt dat bepaalde handelingen intrinsiek goed of fout zijn, ongeacht de gevolgen.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Hypothetische imperatief 
Categorische imperatief 
"Om je dorst te lessen, moet je drinken." 
"Druk op de aan-knop om de tv aan te zetten."
"Maak geen misbruik van een kwetsbaar persoon." 
Sta op de bus je plaats af voor senioren.

Slide 17 - Sleepvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Volgens Kant, wat is de morele wet?
A
Een wet die door de natuur wordt opgelegd
B
Een wet die door de samenleving wordt opgelegd
C
Een wet die de rede zichzelf oplegt
D
Een wet die door God wordt opgelegd

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Gevolgenethiek
Gevolgenethiek is een ethische theorie die stelt dat de juistheid van een handeling wordt bepaald door de gevolgen ervan.

Slide 22 - Tekstslide

Welke 2 filosofen waren de grondleggers van de gevolgenethiek?

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Wat is een kritiek op het utilitarisme? (niet gezien in de les, maar denk logisch na)
A
Het kan leiden tot onrechtvaardige beslissingen
B
Het houdt geen rekening met minderheden
C
Het is te individualistisch
D
Het is niet praktisch toepasbaar

Slide 25 - Quizvraag

Moreel relativisme 
Moreel universalisme 

Slide 26 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen moreel universalisme en moreel relativisme?
A
Moreel universalisme stelt dat er geen universele morele normen zijn, terwijl moreel relativisme stelt dat morele normen afhankelijk zijn van de cultuur waarin ze voorkomen.
B
Moreel universalisme stelt dat culturen hun eigen morele normen hebben, terwijl moreel relativisme stelt dat er één set morele normen geldt voor alle mensen.
C
Moreel universalisme stelt dat er één set morele normen geldt voor alle mensen, terwijl moreel relativisme stelt dat morele normen afhankelijk zijn van de cultuur waarin ze voorkomen.
D
Moreel universalisme stelt dat individuen hun eigen morele normen bepalen, terwijl moreel relativisme stelt dat er geen universele morele normen zijn.

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Geef een punt van kritiek op de UVRM en leg dit uit.

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Tekstslide

Samenvattende kennisclip 

Slide 33 - Tekstslide