Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?
Op tafel ligt:
Lesboek
Schrift
Laptop (dicht)
1-blikagenda
Pen
timer
1:00
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.
Onderdelen in deze les
Welkom bij Nederlands!
Check:
Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?
Op tafel ligt:
Lesboek
Schrift
Laptop (dicht)
1-blikagenda
Pen
timer
1:00
Slide 1 - Tekstslide
Opdracht leesboek
Slide 2 - Tekstslide
Schrijfdossier
H3 Woordenschat
Na de lessen deze week...
weet je wat je voor het schrijfdossier moet doen en ben je begonnen aan opdracht 1 van het schrijfdossier.
ken je de woorden en uitdrukkingen uit de paragraaf.
Doel
Slide 3 - Tekstslide
Maandag 28 februari:
H4, schrijven: opdr. 1 en 2 (in de les)
Schrijfdossier: opdracht 1
Maandag 14 maart:
Inleveren schrijfdossier (3x)
Huiswerk
Slide 4 - Tekstslide
Toets lezen en woordenschat H3 (2x)
2Z: woensdag 16 februari 2G/2M: donderdag 17 februari
Toets
Slide 5 - Tekstslide
Je kunt je mening opschrijven en met argumenten uitleggen.
Je kunt voorbeelden geven bij je argumenten.
Doel
Slide 6 - Tekstslide
Als je je mening geeft, moet je ook uitleggen waarom je die mening hebt (= argument).
Ik vind/volgens mij ..., want/omdat ....
Je mening opschrijven
Slide 7 - Tekstslide
Als je je mening geeft, moet je ook uitleggen waarom je die mening hebt (= argument).
Je mening is sterker met een argument én een voorbeeld.
Ik vind fietsen met je telefoon in je hand gevaarlijk (mening), want je ziet andere auto's en fietsers niet (argument). Bij het kruispunt bij mijn huis is vorig jaar iemand die met zijn telefoon aan zijn oor de weg overstak aangereden.
Je mening opschrijven
Slide 8 - Tekstslide
De mooiste plek van Nederland?
Slide 9 - Tekstslide
De mooiste plek van Nederland?
Slide 10 - Tekstslide
Wat?
H4, schrijven: opdr. 2 (blz. 97)
Hoe?
Laptop of in je schrift
Klaar?
Lees je tekst na. Controleer inhoud en taalverzorging.
Nakijken vorige weektaak (voorin)
Woordenlijst oefenen (vraag linkje)
Heb je hulp nodig?
Kijk eerst naar het stoplicht.
Rood? Stil.
Stel je vraag aan de docent (alleen als je echt niet verder kunt).
Geel? Fluisterniveau.
Vraag diegene naast je.
Groen? Fluisterniveau.
Vraag je buurman of buurvrouw of de docent.
Aan het werk
timer
1:00
Slide 11 - Tekstslide
Ruil je tekst met diegene naast je. Beantwoord de volgende vragen (in je hoofd/schrijf kort op):
Heeft de tekst je overtuigd? Waarom wel/niet?
Welk argument vind je het beste? Leg je antwoord uit.
Verduidelijk het voorbeeld het argument?
De mooiste plek van Nederland
timer
1:00
Slide 12 - Tekstslide
Ruil je tekst met diegene naast je. Beantwoord de volgende vragen (in je hoofd/schrijf kort op):
Heeft de tekst je overtuigd? Waarom wel/niet?
Welk argument vind je het beste? Leg je antwoord uit?
Verduidelijk het voorbeeld het argument?
Vertel je antwoorden aan de schrijver.
De mooiste plek van Nederland
timer
1:00
Slide 13 - Tekstslide
Je kunt je mening opschrijven en met argumenten uitleggen.
Je kunt voorbeelden geven bij je argumenten.
Doel
Slide 14 - Tekstslide
Je kent de woorden en uitdrukkingen uit de paragraaf woordenschat H3.
Doel
Slide 15 - Tekstslide
Na deze les...
kun je je mening opschrijven en met argumenten uitleggen.
kun je voorbeelden geven bij je argumenten.
ken je de woorden en uitdrukkingen uit de paragraaf woordenschat H3.