Eerste Wereldoorlog herhaling paragraaf §3.1

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Eerste Wereldoorlog herhaling paragraaf §3.1

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weten jullie nog over De Eerste Wereldoorlog?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen?

• Herhaling vragen over De Eerste Wereldoorlog
• begrippen zoals, nationalisme, militarisme en wapenwedloop
• voorbereiding voor de filmverslag 1917 of voor vragen stellen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het begrip ''neutraal''
A
Een land die neutraal is doet actief mee aan de oorlog en kiest voor een partij
B
Een land die neutraal is doet niet mee aan de oorlog en is onpartijdig
C
Een land die neutraal is kiest voor beide partijen en doet actief mee aan de oorlog
D
Een land die neutraal is doet niet mee aan de oorlog en kiest voor beide partijen

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer begon De Eerste Wereldoorlog?
A
1939 - 1945
B
1880 - 1889
C
1769 - 1788
D
1914 - 1918

Slide 7 - Quizvraag

Wat begon op 28 juni 1914, de (moordaanslag op Frans Ferdinand) liep uit tot een kettingreactie. Landen sloten bondgenootschappen met elkaar en er was veel spanning tussen de centralen en de geallieerden, dit leidde uiteindelijk tot de Eerste Wereldoorlog.
Welke landen deden mee aan de Eerste wereldoorlog?
Zet de landen op de juiste partijen.
De geallieerden
De centralen

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je op de afbeelding?
gasmaskers
mortieren
afscheidsbrief
slaaphutten

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

De Verenigde Staten hielpen de geallieerden, Frankrijk, en Groot-Brittanië.

Tijdens de oorlog was er veel hulp nodig door de vele slachtoffers die daar vielen hadden zij veel soldaten en troepen nodig. Dit deden landen door propaganda te gebruiken.
Kijk goed naar de vorige afbeelding: wat zie je gebeuren en hoe wordt het begrip propaganda in deze afbeelding gebruikt?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem de drie oorzaken dat leidde tot begin van De Eerste Wereldoorlog

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is er sprake van een Wereldoorlog?

Leg je antwoord zo uitgebreid mogelijk uit!

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurde er op 28 juni 1914?
A
De ondertekening van het Verdrag van Versailles
B
De oprichting van de Volkenbond
C
De moord op keizer Franz Ferdinand

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat was de tweefrontenoorlog?
A
Een oorlog tussen België en Nederland
B
Een strijd tussen de VS en de Sovjetunie
C
Een conflict over de kolonies in Afrika
D
Een situatie waarin het Rijk Duitsland op twee plekken tegelijk moest vechten

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke bloem staat als symbool en bekend om de Eerste Wereldoorlog?
A
Tulp
B
Waterlelie
C
Madelief
D
Klaproos

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke rol hadden vrouwen
tijdens de Eerste
Wereldoorlog?
A
Vrouwen hielpen als zusters in ziekenhuizen, bij spionage en bij fabrieken voor kogels
B
Vrouwen vochten aan het front
C
Vrouwen waren alleen huisvrouwen en deden niets
D
Vrouwen waren alleen verantwoordelijk voor het huishouden

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

ZIJN ER NOG VRAGEN?
Dit kan gaan over de les stof of over de filmverslag!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies