Het Vlaggensysteem: Veiligheid en Seksualiteit

Het Vlaggensysteem: Veiligheid en Seksualiteit
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het Vlaggensysteem: Veiligheid en Seksualiteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
- Begrijpen wat het Vlaggensysteem is
- In staat zijn om de verschillende vlaggen te herkennen
- Het belang van het Vlaggensysteem begrijpen

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer de leerdoelen aan het begin van de les. Herhaal deze aan het einde van de les om te controleren of de leerlingen de doelen hebben bereikt.
Wat weet je al over het vlaggensysteem?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het Vlaggensysteem?
Het Vlaggensysteem is een methode om veiligheid en seksualiteit te bespreken. Het is een manier om te praten over seksueel gedrag en grenzen. Het systeem bestaat uit zes verschillende vlaggen die verschillende niveaus van seksueel gedrag vertegenwoordigen.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit wat het Vlaggensysteem is en waarvoor het wordt gebruikt.
De groene vlag
De groene vlag betekent 'go'. Het is een teken dat beide personen het eens zijn over het seksuele gedrag dat plaatsvindt.

Slide 5 - Tekstslide

Beschrijf de groene vlag en de betekenis ervan. Geef voorbeelden van situaties waarin de groene vlag van toepassing kan zijn.
De gele vlag
De gele vlag betekent 'pas op'. Het is een teken dat het seksuele gedrag niet helemaal comfortabel voelt en dat er meer communicatie en toestemming nodig is voordat er verder gegaan kan worden.

Slide 6 - Tekstslide

Beschrijf de gele vlag en de betekenis ervan. Geef voorbeelden van situaties waarin de gele vlag van toepassing kan zijn.
De oranje vlag
De oranje vlag betekent 'stop'. Het is een teken dat het seksuele gedrag niet goed voelt en dat er gestopt moet worden. Er moet meer communicatie en toestemming zijn voordat er verder gegaan kan worden.

Slide 7 - Tekstslide

Beschrijf de oranje vlag en de betekenis ervan. Geef voorbeelden van situaties waarin de oranje vlag van toepassing kan zijn.
De rode vlag
De rode vlag betekent 'nee'. Het is een teken dat er geen toestemming is voor het seksuele gedrag en dat het onmiddellijk moet stoppen.

Slide 8 - Tekstslide

Beschrijf de rode vlag en de betekenis ervan. Geef voorbeelden van situaties waarin de rode vlag van toepassing kan zijn.
De zwart-witte vlag
De zwart-witte vlag betekent 'geen toestemming mogelijk'. Het is een teken dat er geen toestemming gegeven kan worden voor een bepaald seksueel gedrag, zoals bijvoorbeeld bij seksueel contact tussen een volwassene en een kind.

Slide 9 - Tekstslide

Beschrijf de zwart-witte vlag en de betekenis ervan. Geef voorbeelden van situaties waarin de zwart-witte vlag van toepassing kan zijn.
Waarom is het Vlaggensysteem belangrijk?
Het Vlaggensysteem is belangrijk omdat het een manier biedt om te praten over seksualiteit en grenzen op een duidelijke en respectvolle manier. Het kan helpen om misverstanden te voorkomen en om ervoor te zorgen dat seksuele handelingen alleen plaatsvinden met toestemming van beide partijen.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit waarom het Vlaggensysteem belangrijk is. Geef voorbeelden van hoe het kan helpen om misverstanden te voorkomen en om seksuele handelingen alleen plaats te laten vinden met toestemming van beide partijen.
Einde van de les
Aan het einde van de les heb je geleerd wat het Vlaggensysteem is en hoe het kan worden gebruikt om veiligheid en seksualiteit te bespreken. Weet je nog wat de verschillende vlaggen betekenen?

Slide 11 - Tekstslide

Herhaal de leerdoelen en controleer of de leerlingen deze hebben bereikt. Geef ruimte voor vragen en opmerkingen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 14 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.