4.5 Pas op je oren!

• Nask / Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

4.5 Pas op je oren! Les 1

Vandaag

1. Geluidssterkte
2. Hoe meet je geluidssterkte?
3. Gehoorschade
4. Afsluiting

Aan het eind van 4.5 kun je: 

• vertellen wat geluidsterkte is en hoe geluidsterkte gemeten wordt
• vertellen hoe je gehoor kan beschadigen en hoe je dit kunt voorkomen
• uitleggen wat er gebeurt bij een tijdelijk gehoorverlies
  
• uitleggen wat gehoorschade en lawaaischade is, hoe dit kan ontstaan en voorkomen kan worden
• samenwerken in een gedeeld Word-bestand
• afbeeldingen bewerken en voorzien van een bijschrift
• een flyer maken met Word   

Wat is een geluidsbron?

1. een voorwerp dat geluid maakt
2. een voorwerp dat geluid ontvangt
3. een voorwerp dat geluid doorgeeft
4. een voorwerp dat geluid maakt, doorgeeft en ontvangt

Geluidssterkte

Gehoordrempel:

De geluidssterkte waarbij een mens een geluid begint te horen.

Geluidssterkte geeft aan hoe hard geluid is.

Geluidssterkte meet je in decibel. Dit schrijf je als dB.

    grootheid         

geluidssterkte

 eenheid

  decibel

 afkorting

    dB

Pijngrens:

De geluidssterkte waarbij een mens pijn krijgt aan zijn oren van een geluid.

Wat is de eenheid van de sterkte van geluid?

1. Hz
2. T
3. dB
4. seconde

In het diagram zie je de grafieken van de pijngrens en de gehoordrempel.
Is de volgende stelling juist of onjuist?

De gehoordrempel heeft bij alle frequenties dezelfde waarde.

1. juist
2. onjuist

Hoe meet je de geluidssterkte?

1. Richt de decibelmeter op de geluidsbron

2. Houd de decibelmeter op 1 meter van de geluidsbron.

3. Lees de meter af. Zet achter je getal altijd de eenheid dB.

voorbeeld decibelmeter op een iPad

Hoe groter de uitwijking, des te harder het geluid.

In de afbeelding zie je vier verschillende beelden van een oscilloscoopscherm. De oscilloscoop heeft vier keer dezelfde instelling.
Welke twee beelden geven de geluiden met de grootste geluidssterkte weer?

1. beeld A
2. beeld B
3. beeld C
4. beeld D

Een stemvork met een dunne stift aan het uiteinde wordt van links naar rechts over een papiertje getrokken. Dit gebeurt met constante snelheid. De trilling dooft daarbij snel uit.
In welk van de vier figuren is dit het beste weergegeven?

1. A
2. B
3. C
4. D

Heb jij wel eens een piep in je oren gehad?

Ja

Nee

Wanneer loop je gehoorschade op?

• Tot 80 dB is veilig
  

• Vanaf 80 dB  t/m 100 dB is er kans op gehoorschade bij te lang luisteren

• Vanaf 100 dB kun je acute gehoorschade krijgen

• Vanaf 120/130 dB doet het geluid ook echt pijn aan je oren

• Beschermen met gehoorbeschermers 

Zelfstandig werken

• Lezen 4.5 t/m het kopje "Gehoorschade"
  
• Oefen met de flitskaarten van 4.5

Klaar? kijk of je 4.4 ook al af hebt.

Wat is het verschil tussen hertz en decibel?

Afsluiting

• Lezen 4.5 t/m het kopje "Gehoorschade"  

4.5 Pas op je oren! Les 2

Vandaag

1. Herhaling gehoorschade
2. Hoortest
3. Tijdelijk en blijvende gehoorschade
4. Afsluiting

Aan het eind van 4.5 kun je: 

• vertellen wat geluidsterkte is en hoe geluidsterkte gemeten wordt
• vertellen hoe je gehoor kan beschadigen en hoe je dit kunt voorkomen
• uitleggen wat er gebeurt bij een tijdelijk gehoorverlies
  
• uitleggen wat gehoorschade en lawaaischade is, hoe dit kan ontstaan en voorkomen kan worden
• samenwerken in een gedeeld Word-bestand
• afbeeldingen bewerken en voorzien van een bijschrift
• een flyer maken met Word   

Wanneer loop je gehoorschade op?

• Tot 80 dB is veilig
  

• Vanaf 80 dB  t/m 100 dB is er kans op gehoorschade bij te lang luisteren

• Vanaf 100 dB kun je acute gehoorschade krijgen

• Vanaf 120/130 dB doet het geluid ook echt pijn aan je oren

• Beschermen met gehoorbeschermers 

Vanaf hoeveel decibel kun je direct gehoorschade krijgen?

1. 80 dB
2. 60 dB
3. 100 dB
4. 120 dB

Filmpje gehoorbeschadiging voorkomen

www.schooltv.nl/video/gehoorbeschadiging-voorkomen-gebruik-oordoppen-als-je-geen-gehoorapparaatje-wilt

Doe de hoortest!

1.  Ga naar https://hoortest.oorcheck.nl/
2. Doe de hoortest en maak een kopie van de afbeelding met het knipprogramma of maak een foto. 
3. Lever dit in bij de volgende slide. 

Resultaat van de hoortest

Audiogram = een grafiek waarin je kunt zien waar jouw gehoordrempel ligt. 

Audiogram:

Blauw: linkeroor

Rood: rechteroor 

Hoe lager de lijn, hoe

meer gehoorverlies dus

hoe slechter het gehoor.

Welke letters hoor je waar in het audiogram?

In het grijs gearceerde gebied bevindt zich 'de spraak'.

Je kunt zien welke letters zich waar bevinden in het audiogram.

Welke letters hoort deze persoon veel minder?

Bedenk een paar woorden die minder goed verstaanbaar zijn.

Welke letter hoort
de persoon slecht?

1. O
2. F
3. M
4. E

Tijdelijk gehoorverlies

• Verkouden, verstopte buis van Eustachius
• Oorontsteking (ontsteking van uitwendige gehoorgang)
• Middenoorontsteking --> trommelvliesbuisje
• Prop oorsmeer --> uitspuiten

Beschadigde gehoorzintuigcellen

Oplossingen 

• Gehoorapparaat
• Cochleair implantaat (CI) : zet geluiden om in impulsen die door de gehoorzenuw worden geleid. Mensen die vrijwel doof zijn kunnen opnieuw geluiden horen. 

Zelfstandig werken

• Lezen 4.5 vanaf het kopje "Gehoorschade" tot het einde

Klaar? kijk of je de opdrachten van vorige basisstoffen ook al af hebt.

Noem 1 of 2 dingen die je vandaag geleerd hebt.

Afsluiting

• Lezen 4.5 vanaf het kopje "Gehoorschade" tot het einde

4.5 Pas op je oren! Les 3 en 4

Vandaag

1. Terugblik 4.5
2. Opdracht om gezamenlijk tot criteria te komen voor een goede flyer
3. Opdracht flyer maken uitleg
4. Zelfstandig werken aan de flyer
5. Afsluiting

In de afbeelding zie je vier verschillende beelden van een oscilloscoopscherm. De oscilloscoop heeft vier keer dezelfde instelling.
Welke twee beelden geven de geluiden met de grootste geluidssterkte weer?

1. beeld A
2. beeld B
3. beeld C
4. beeld D

Kwaliteitsbesef bijbrengen

Zie Word-bestand 'Voorbeelden flyer'

Bekijk voorbeelden van flyers en noteer (zonder te overleggen) minimaal 3 punten voor een goede flyer.

Flyer voor een schoolfeest maken

Zie Word-bestand

Bekijk de leerdoelen in Vita voor 4.5
Hoe goed heb jij het idee dat je de leerdoelen beheerst?

1100

Afsluiting
Welk leerdoel moet je zeker nog goed bestuderen?