V6 clase 5 periodo 1
1 / 23
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
¿Cuál es la fecha de hoy?
Slide 2 - Open vraag
¿Qué tiempo hace?
Slide 3 - Open vraag
Elige el conector adecuado:
___________ de la delicada situación en Rusia, los estudiantes decidieron viajar de excursión a Moscú.
___________ de la delicada situación en Rusia, los estudiantes decidieron viajar de excursión a Moscú.
A
A pesar de
B
Así como
C
Evidentemente
D
sobre todo
Slide 4 - Quizvraag
¿Qué significa cerebro?
Slide 5 - Open vraag
Wat betekent:
tampoco
tampoco
A
weinig
B
echter
C
evenals
D
ook niet
Slide 6 - Quizvraag
Wat betekent:
por lo tanto
por lo tanto
A
dus
B
vanwege
C
daarom
D
tenminste
Slide 7 - Quizvraag
Wat betekent:
sin embargo
sin embargo
A
echter
B
zonder tegenspraak
C
ongetwijfeld
D
als gevolg van
Slide 8 - Quizvraag
Wat betekent:
por ejemplo
por ejemplo
A
terwijl
B
daarom
C
bijvoorbeeld
D
met andere woorden
Slide 9 - Quizvraag
Wat betekent:
a pesar de que
a pesar de que
A
hoewel
B
ondanks
C
evenals
D
helaas
Slide 10 - Quizvraag
Vertaal in het Nederlands:
hay que
hay que
Slide 11 - Open vraag
Hoe vertaal je "sirve mejor" in onderstaande zin?
¿Qué titulo sirve mejor para el texto?
¿Qué titulo sirve mejor para el texto?
Slide 12 - Open vraag
Vertaal in het Nederlands:
se dice
se dice
Slide 13 - Open vraag
Vertaal in het Nederlands:
párrafo
párrafo
Slide 14 - Open vraag
Vertaal in het Nederlands:
objetivo
objetivo
