In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Welkom bij ak
2 minuten de tijd om:
je telefoon in te leveren
op je eigen plek te zitten
werkboek + laptop op tafel
jas uit & pet af
een glimlach op je gezicht te laten zien :-)
timer
2:00
Slide 1 - Tekstslide
H4 Natuurrampen
2 De grote Oost-Japanse ramp ( herhaling )
Programma
Lessonup (hh)
Storytelling: Tsunami
Nakijken par. 2
Paragraaf 3 samen lezen
Verwerking van de opdrachten
Slide 2 - Tekstslide
H4 Natuurrampen
2. De grote Oost-Japanse ramp
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe een tsunami ontstaat
Je weet waarom een tsunami pas gevaarlijk is als hij de kust bereikt
Je kunt het verschil is tussen het epicentrum en het hypocentrum
Je weet wat de Schaal van Richter is
Slide 3 - Tekstslide
De aarde bestaat uit 3 delen. Welke?
A
Kern, magma en Aardkorst
B
Magma, mantel en kern
C
mantel, aardkorst en bergen
D
Kern, mantel en aardkorst
Slide 4 - Quizvraag
Platen kunnen op ... manieren bewegen.
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 5 - Quizvraag
Krachten van binnen uit de aarde noem je?
A
Endogene krachten
B
Exogene krachten
Slide 6 - Quizvraag
Waarom wordt een tsunami bij de kust pas gevaarlijk?
Slide 7 - Tekstslide
Storytelling
Opdracht:
Schrijf een eigen verzonnen verhaal met jezelf in de hoofdrol. Je schrijft een verhaal over je ervaringen met een tsunami, die je gisteren hebt meegemaakt. Je gebruikt hierbij sowieso de volgende begrippen:
- Zeebeving - Epicentrum - Aardplaten - Ring van Vuur
- Schaal van Richter - Ontstaan tsunami
-(Minimaal 50 woorden - maximaal 100). Een aantal gaan hun verhaal voorlezen.
Klaar? Laat je werk controleren en werk verder aan paragraaf 2 of 3
timer
15:00
Slide 8 - Tekstslide
Tsunami: sleep de juiste omschrijvingen in de afbeelding
ondiepe kust: afnemende snelheid, hogere golf
onderzeese aardbeving (zeebeving)
golven, zeer hoge snelheid. Tot 800 km/uur
Slide 9 - Sleepvraag
Waarom is een tsunami in Nederland onmogelijk?
Slide 10 - Open vraag
Ontstaan Tsunami
Slide 11 - Tekstslide
Aardbeving
Hypocentrum= het diepste punt, waar de aardbeving ontstaat.