OL - 2 - 2e klas

Vorige ondersteuningsles heb je...
...de onderdelen van zinsontleding herhaald.

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vorige ondersteuningsles heb je...
...de onderdelen van zinsontleding herhaald.

Slide 1 - Tekstslide

Woordsoorten/zinsontleding

Weet je het nog? Wat is het verschil tussen woordsoortbenoemen en zinsontleding?


Slide 2 - Tekstslide

zinsdelen
woordsoorten
onderwerp
lijdend voorwerp
persoonsvorm
meewerkend voorwerp
gezegde
bijwoordelijke bepaling
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
werkwoord
voorzetsel
voornaamwoord

Slide 3 - Sleepvraag

Samenhang tussen zinsdelen en woordsoorten
werkwoord(en)
werkwoord
lidwoord
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
voornaamwoord

Slide 4 - Sleepvraag

Woordsoorten/zinsontleding
Woordsoorten: je benoemt elk woord
lidwoord, voorzetsel, werkwoord, bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord, persoonlijk voornaamwoord, bezittelijk voornaamwoord, etc.

Zinsontleding: je benoemt de zinsdelen (woordgroepen)
persoonsvorm, gezegde, onderwerp, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp, bijwoordelijke bepaling, etc

Slide 5 - Tekstslide

We starten met een korte oefening zinsontleding

Slide 6 - Tekstslide

Waar is de zin goed verdeeld in zinsdelen?


Gisteren hebben we een lief katertje bij het dierenasiel opgehaald. 
A
Gisteren hebben | we |een lief katertje | bij het dierenasiel | opgehaald.
B
Gisteren | hebben | we |een lief katertje bij het dierenasiel | opgehaald.
C
Gisteren | hebben | we een lief katertje | bij het dierenasiel | opgehaald.
D
Gisteren | hebben | we |een lief katertje | bij het dierenasiel | opgehaald.

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het werkwoordelijk gezegde WWG?


Gisteren hebben we een lief katertje bij het dierenasiel opgehaald. 
A
hebben
B
opgehaald
C
hebben opgehaald
D
gisteren

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het onderwerp OND?


Gisteren hebben we een lief katertje bij het dierenasiel opgehaald. 
A
we
B
bij het dierenasiel
C
een lief katertje
D
gisteren

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het lijdend voorwerp LV?


Gisteren hebben we een lief katertje bij het dierenasiel opgehaald. 
A
we
B
bij het dierenasiel
C
een lief katertje
D
gisteren

Slide 10 - Quizvraag

Welke zinsdelen blijven over?


Gisteren hebben we een lief katertje bij het dierenasiel opgehaald. 
A
gisteren
B
bij het dierenasiel
C
opgehaald
D
gisteren, bij het dierenasiel

Slide 11 - Quizvraag

BONUSVRAAG: hoe noem je de zinsdelen die je overhoudt als je alles goed hebt ontleed?


Gisteren hebben we een lief katertje bij het dierenasiel opgehaald. 
A
meewerkend voorwerp
B
bijwoordelijke bepaling
C
onderwerp
D
persoonsvorm

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het meewerkend voorwerp?

Sophie doet jou de groeten.
A
Er is geen meewerkend voorwerp
B
jou
C
Sophie
D
de groeten

Slide 13 - Quizvraag

Woordsoorten

Slide 14 - Tekstslide

Welke gaan we behandelen?
Lidwoorden
zelfstandig naamwoorden
bijvoeglijk naamwoorden
hulpwerkwoord, zelfstandig werkwoord (koppelwerkwoord)
voorzetsels
persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
wederkerend voornaamwoord
wederkerig voornaamwoord
vragend voornaamwoord
aanwijzend voornaamwoord
betrekkelijk voornaamwoord
onbepaald voornaamwoord
Bijwoord

Wat weet je nog? 

Slide 15 - Tekstslide

Sleep de woordsoorten naar de juiste box.
werkwoord
bezittelijk vnw
voorzetsel
lidwoord
zelfstandig nw
bijvoeglijk nw
De
rare
man
in
de
auto
lacht

Slide 16 - Sleepvraag

Sleep de woordsoorten naar de juiste box.
persoonlijk vnw
bezittelijk vnw
voorzetsel
werkwoord
zelfstandig nw
Zij
willen
op
jouw
fiets

Slide 17 - Sleepvraag

Sleep de woordsoorten naar de juiste box.
werkwoord
bezittelijk vnw
voorzetsel
lidwoord
zelfstandig nw
bijvoeglijk nw
jouw
gekke
tante
is
in
de
tuin

Slide 18 - Sleepvraag