Het bezittelijk voornaamwoord

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Het bezittelijk voornaamwoord

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 
- Ik kan de bezittelijke voornaamwoorden gebruiken

Slide 3 - Tekstslide

Welke bezittelijke voornaamwoorden ken je (in het Nederlands)

Slide 4 - Woordweb

De vorm van het bezittelijk voornaamwoord

Slide 5 - Tekstslide

Bezittelijk voornaamwoord
m
klinker
"'h"
v
mv
mijn
mon
ma
mes
jouw
ton
ta
tes
zijn/haar
son
sa
ses

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Er volgt altijd een zelfstandig naamwoord

Slide 9 - Tekstslide

mon copain  
mon frère 
ton lapin 
 ton poisson
  ta sœur
 ta mère 
 

Slide 10 - Tekstslide

Hoe zit dat?
In het Frans hangt de vorm altijd af van het zelfstandig naamwoord dat volgt, dus het woord dat erachter staat.
In de woordenlijst leer je of een woord mannelijk of vrouwelijk is

Slide 11 - Tekstslide

Le copain - La copine
mon copain       mijn vriend         ma copine     mijn vriendin
ton copain           jouw vriend        ta copine      jouw vriendin
son copain   zijn/haar vriend       sa copine    zijn/haar vriendin

Slide 12 - Tekstslide

Les copain - Les copines
mes copains  mijn vrienden            mes copines  mijn vriendinnen
tes copains    jouw vrienden            tes copines   jouw vriendinnen
ses copains zijn/haar vrienden   
                                                               ses copines zijnhaarvriendinnen

Slide 13 - Tekstslide

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

________ (mijn) collège s' appelle Pantarijn
(denk steeds goed na, het gaat niet om de snelste tijd)
A
ma collège
B
mon collège
C
mes collège
D
son collège

Slide 14 - Quizvraag

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

(mijn) prof de géographie est sympa
A
mon
B
ma
C
son
D
sa

Slide 15 - Quizvraag

Vertaal en kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

dans (mijn) classe il ya 26 élèves
A
ma
B
tes
C
mon
D
ses

Slide 16 - Quizvraag

(zijn) père est rigolo
(haar) père est marrant

Slide 17 - Open vraag

Vertaal en kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

(zijn) profs
A
ton
B
tes
C
son
D
ses

Slide 18 - Quizvraag

Vertaal en kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

(haar) livre est dans son sac à dos
A
sa
B
mon
C
ton
D
son

Slide 19 - Quizvraag

(onze) prof est sévère
(onze) profs sont sympa

Slide 20 - Open vraag

(Ons) lapin est mignon!
A
nos
B
notre

Slide 21 - Quizvraag

(jullie) prof est sévère
(jullie) profs sont marrants

Slide 22 - Open vraag

(jullie) classe a 26 élèves
A
vos
B
votre

Slide 23 - Quizvraag

(hun) prof
(hun) profs

Slide 24 - Open vraag

(Hun) parents sont sympa
A
leur
B
leurs

Slide 25 - Quizvraag

Vertaal en kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

Dans (hun) classe il ya 20 élèves
A
leurs
B
leur
C
ma
D
sa

Slide 26 - Quizvraag

Als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk is én begint met een klinker of een stomme h, dan gebruik je mon, ton, son

Slide 27 - Tekstslide

Vertaal en kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

(mijn) agenda
A
mes
B
ton
C
mon
D
ma

Slide 28 - Quizvraag

Vertaal en kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

(jouw) école
A
ton
B
tes
C
ses
D
mon

Slide 29 - Quizvraag

De bezittelijke voornaamwoorden: enkelvoud
Maak de juiste combinaties.
MIJN
JOUW
ZIJN/HAAR
  mon
 ton
  son
  ta
  tes
  mes
  ses
   ma
  sa

Slide 30 - Sleepvraag

De bezittelijke voornaamwoorden: meervoud
Maak de juiste combinaties.
ONS/ONZE
JULLIE / UW
HUN
    nos
  votre
   leur
   notre
      vos
    leurs

Slide 31 - Sleepvraag

Sleep het juiste bezittelijk voornaamwoord naar het juiste zelfstandig naamwoord.
secret
profs
récré
ma
leurs
son

Slide 32 - Sleepvraag

Sleep het juiste bezittelijk voornaamwoord naar het juiste zelfstandig naamwoord.
livres
sac à dos
trousse
mon
mes 
ta

Slide 33 - Sleepvraag

Welke bezittelijke voornaamwoorden ken je nu? (in het Frans)

Slide 34 - Woordweb