3M -Noël (laatste les van het jaar)
1 / 22
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
In welk seizoen vieren we kerst?
A
en été
B
au printemps
C
en hiver
D
en automne
Slide 2 - Quizvraag
Wat wens je elkaar met kerst?
A
Heureux Noël
B
Joyeux Noël
C
Père Noël
D
Bon Noël
Slide 3 - Quizvraag
In Frankrijk eet men met kerst een 'bûche de Noël' als dessert. Wat is dat?
A
B
C
D
Slide 4 - Quizvraag
Le père Noël a une
longue…
longue…
A
robe
B
salopette
C
barbe
D
chemise
Slide 5 - Quizvraag
Les cadeaux sont dans…
A
une chaussette
B
une chaussure
C
un chausson
D
un chausse-pied
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Noël
feu d'artifice
gâteau
bon anniversaire!
le Saint-Sylvestre
sapin
souffler les bougies
rudolphe
le renne
bonne année
boules, guirlandes, étoiles
champagne
naissance
Slide 8 - Sleepvraag
Welke maand hoort bij Noël en welke hoort bij Le jour de l'An? (geef antwoord in het Frans!)
Slide 9 - Open vraag
Op welke dag is het Noël in Frankrijk?
A
le vingt-quatre décembre
B
le vingt-six décembre
C
le vingt-cinq décembre
D
le vingt-trois décembre
Slide 10 - Quizvraag
Wat hoort NIET bij
Saint-Sylvestre in Frankrijk?
Saint-Sylvestre in Frankrijk?
A
bisous (zoenen) et voeux (wensen)
B
champagne
C
dîner
D
beignets (oliebollen)
Slide 11 - Quizvraag
Welke land heeft meer
'feu d'artifice' bij
Saint-Sylvestre?
'feu d'artifice' bij
Saint-Sylvestre?
A
La Hollande/Les Pays-Bas
B
La France
Slide 12 - Quizvraag
Horen 'huitres' (= oesters) in Frankrijk
vooral bij Noël
of bij Saint-Sylvestre?
vooral bij Noël
of bij Saint-Sylvestre?
A
kerst
B
oud & nieuw
Slide 13 - Quizvraag
Op welke dag wordt
in Frankrijk
Noël NIET gevierd?
in Frankrijk
Noël NIET gevierd?
A
le vingt-quatre décembre
B
le vingt-cinq décembre
C
le vingt-six décembre
Slide 14 - Quizvraag
Wie is 'le père Noël'?
A
de papa die Noël heet
B
de pastoor
C
het kindje Jezus
D
de kerstman
Slide 15 - Quizvraag
Welke letters ontbreken?
Jo..eux Noël
&
Bonne A..ée
Jo..eux Noël
&
Bonne A..ée
A
j - n
B
y - n
C
y - nn
D
j - nn
