Les 1
1 / 28
Lesduur is: 150 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat regelt je lichaamstemperatuur?
A
Hypocampus
B
Hypotherioidie
C
Hypothalamus
D
Hypochonder
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 9 - Tekstslide
De bovengrens die het temperatuurregulatiecentrum in de thalamus bij een infectie kan instellen, is 41,7 oC. Een temperatuur boven de 42 oC is levensbedreigend. Hetzelfde geldt voor een kerntemperatuur van 28 oC of lager.
Wat kun je allemaal merken/ meten bij iemand met koorts
Slide 10 - Open vraag
een toename van de polsfrequentie. Er is een verband tussen de polsfrequentie en de lichaamstemperatuur; de polsfrequentie neemt per graad temperatuurstijging met ongeveer 10 tot 15 slagen per minuut toe;
een versnelde ademhaling;
dorst en een verminderde urineproductie door het vochtverlies ten gevolge van het vele transpireren;
zich ziek voelen, moeheid, lusteloosheid, gebrek aan eetlust, spierpijn en hoofdpijn. Deze cluster van symptomen noem je algemene malaise. Door dit ziektegevoel stop je alle overbodige activiteiten en wil je het liefste gaan liggen. Door rust te nemen kan het lichaam al zijn energie gebruiken om de infectie te bestrijden;
sufheid, verwardheid en ijlen (koortsdelier). Deze verschijnselen kun je vooral waarnemen bij oudere patiënten met hoge koorts. Het is een uiting van overprikkeling van de hersenen;
braken;
koude rilling. Dit is een heftige lichamelijke reactie als er bij een acute infectie bacteriën en hun gifstoffen in de bloedbaan komen . Tijdens een koude rilling is het zinvol een bloedkweek af te nemen om vast te stellen welke bacterie voor de infectie verantwoordelijk is.
Welke ooorzaken ken je voor hypertermie?
Slide 11 - Woordweb
Oorzaken van hyperthermie zijn:
te hoge omgevingstemperatuur (bijvoorbeeld als je een kind of een hond achterlaat in een afgesloten auto);
te lange blootstelling aan felle zon (zonnesteek);
het dragen van te dikke kleding;
drugsgebruik, zoals XTC, cocaïne en amfetamine. XTC of ecstasy is een afgeleide van amfetamine. Het maakt je actief en je wordt er vrolijk van, je vermoeidheid verdwijnt. Het wordt gebruikt als partydrug, zodat je uren achter elkaar kunt dansen. Deze overmatige lichaamsactiviteit in een vaak warme omgeving, in combinatie met te weinig drinken, kan leiden tot hyperthermie;
als iemand een reeks van epileptische aanvallen kort na elkaar (status epilepticus) heeft. De grote spieractiviteit tijdens de aanvallen veroorzaken hyperthermie;
sommige medicijnen hebben invloed op het warmteregulerend centrum, zoals neuroleptica (bijvoorbeeld haloperidol).
Welke oorzaken ken je voor hypothermie?
Slide 12 - Woordweb
Bij een lichaamstemperatuur lager dan 35 oC spreek je van hypothermie. Het lichaam is onderkoeld. Oorzaken van hypothermie of onderkoeling zijn:
koude omstandigheden, zoals drenkelingen in koud water of bergbeklimmers in een langdurige koude omgeving. Drenkelingen die in koud water terechtkomen, koelen 30 keer zo vlug af als na blootstelling aan koude lucht. Het stromende water voert de warmte van de huid razendsnel af. Al na enkele minuten is de spierfunctie door verstijving zo slecht dat zwemmen onmogelijk wordt. Onderkoeling kan ook beschermend werken, de weefsels kunnen in onderkoelde toestand langer zonder zuurstof. Soms is het mogelijk mensen die langdurig in koud water hebben gelegen en daarbij zelfs een hartstilstand hebben gekregen, met succes te reanimeren;
pasgeborenen hebben een relatief groot huidoppervlak en een naar verhouding groot hoofd met een groter risico op afkoeling;
geneesmiddelen die vaatverwijdend werken of inwerken op het temperatuurregulerend centrum, zoals antipsychotica;
alcoholgebruik; een aantal effecten van alcohol werkt afkoeling in de hand, zoals vaatverwijding en een verminderd gevoel voor de koude;
gifstoffen die inwerken op het temperatuurregulerend centrum in de hersenen;
gewenste hypothermie. In de geneeskunde gebruikt men onderkoeling om tijdens operaties de stofwisseling te verlagen. Hierdoor daalt de zuurstofbehoefte van de vitale organen. De bloedcirculatie kan dan zelfs even worden gestopt om bijvoorbeeld een ingreep aan het hart uit te voeren.
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Hoe kun je een vergiftiging oplopen?
Slide 17 - Open vraag
Vergiftiging via de mond-maag-darmkanaal.
Vergiftiging via de luchtwegen.
Vergiftiging via de huid of ogen.
Intraveneuze vergiftiging.
Slide 18 - Tekstslide
Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC)
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 21 - Tekstslide
o De symptomen
o De lange termijn complicaties
o De behandeling
- Legt uit welke van de bovenstaande intoxicaties “de sillent killer”
- Legt de wanneer er sprake is van ‘problematische alcoholgebruik’, ‘Binge drinken’,
alcoholintoxicatie
- Legt uit wat alcholonthoudingssyndroom inhoud
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 23 - Tekstslide
Behandeling overdosis paracetamol
Raadpleeg meteen een arts bij vermoedens van een overdosis paracetamol. Meestal is een onmiddellijke ziekenhuisopname vereist. De maag van de patiënt wordt dan gespoeld. Ook wordt gebruikgemaakt van geactiveerde kool om de paracetamolspiegel in het lichaam te verlagen. Binnen 10 uur na de overdosis kan ook het tegengif N-acetylcysteïne worden toegediend. Na deze 10 uur heeft dit minder effect en is een verlengde behandeling noodzakelijk.
Slide 24 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 25 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 26 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat heb jij geleerd vandaag?
Slide 27 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Welke toets vraag zou jij kunnen maken over deze les?
Slide 28 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
