Maten en Meetkunde (Lengte,gewicht, inhoud,omrekenen)
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Met welke verschillende eenheden kun je lengtes aangeven?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Met welke verschillende eenheden kun je inhoud aangeven?
Slide 6 - Woordweb
Slide 7 - Tekstslide
Met welke verschillende eenheden kun je gewichten aangeven?
Slide 8 - Woordweb
Slide 9 - Tekstslide
Lengte 8,2dm = ..........mm
A
820
B
0,82
C
8,22
D
8200
Slide 10 - Quizvraag
0,34 dl=..........cl
A
34
B
3,4
C
0,34
D
340
Slide 11 - Quizvraag
120cl = ..........l
A
1,2cm
B
1,2l
C
1200dl
D
120ml
Slide 12 - Quizvraag
Frits schenkt frisdrank uit een fles van 1,5 l in glazen.
De inhoud van een glas is 23 cl.
Hoeveel glazen kan Frits vullen met frisdrank?
De inhoud van een glas is 23 cl.
Hoeveel glazen kan Frits vullen met frisdrank?
A
3
B
6
C
8
D
7
Slide 13 - Quizvraag
Rutger koopt 1.500 g olijven.
Hoeveel moet Rutger voor de olijven betalen?
Hoeveel moet Rutger voor de olijven betalen?
A
€11,50
B
€13,80
C
€16,80
D
€19,50
Slide 14 - Quizvraag
Hoeveel kilogram appels kun je kopen met € 9?
Rond het antwoord af op een geheel getal.
Rond het antwoord af op een geheel getal.
A
14
B
16
C
15
D
17
Slide 15 - Quizvraag
Een vrachtwagen vervoert pallets met kleding.
Een pallet met kleding weegt 1.500 kg.
De vrachtwagen mag maximaal 20 ton vervoeren.
Hoeveel pallets met kleding mag de vrachtwagen maximaal vervoeren?
Een pallet met kleding weegt 1.500 kg.
De vrachtwagen mag maximaal 20 ton vervoeren.
Hoeveel pallets met kleding mag de vrachtwagen maximaal vervoeren?
A
12
B
13
C
15
D
17
