§4.2

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

§4.2

Kosten

Wat gaan we doen vandaag?

• Actualiteit
• Huiswerk bespreken
• Instructie hoofdstuk 4 
• Aan de slag
• Toets bespreken
• Les afsluiten

www.nu.nl

Met hoeveel procent worden de Amerikaanse heffingen op 
Chinese producten verlaagt?

Leerdoelen §4.1

• Je kunt uitleggen wat het verband is tussen consumeren en produceren.
  
• Je kunt uitleggen dat er waarde wordt toegevoegd aan een product door productiefactoren in te zetten.
  
• Je kunt onderscheiden welke verschillende soorten bedrijven er zijn.
  
• Je kunt uitleggen hoe de arbeidsproductiviteit kan worden verhoogd en deze berekenen.
  

Huiswerk

4 t/m 8 + 10 en 12  

Leerdoelen §4.2

• Je kunt uitleggen waarom produceren geld kost.
  
• Je kunt het verschil uitleggen tussen constante en variabele kosten.
  
• Je kunt verschillende soorten bedrijfskosten benoemen.
  
• Je kunt afschrijvingskosten berekenen.

Waarom kost produceren geld?

Constante of variabele kosten

Constante kosten: 

• Gelijk ongeacht het aantal verkochte producten.

Variabele kosten:

• Kosten die afhankelijk zijn van de verkopen.

Aan de slag

Maken opdracht 14 t/m 17 op blz. 110 t/m 112

Ben je klaar? Lees de leertekst goed door en werk rustig verder.

npo.nl

Bedrijfskosten

• Loonkosten
• Huisvestingskosten
• Verkoopkosten (bijv. verzendkosten en reclamekosten)
• Rentekosten

Afschrijvingskosten

Afschrijvingskosten

Aan de slag

Maken opdracht 14 t/m 17 + 20, 21,23 en 24 op blz. 110 t/m 115

Ben je klaar? Lees de leertekst goed door en werk rustig verder.

Leerdoelen §4.2

• Je kunt uitleggen waarom produceren geld kost.
  
• Je kunt het verschil uitleggen tussen constante en variabele kosten.
  
• Je kunt verschillende soorten bedrijfskosten benoemen.
  
• Je kunt afschrijvingskosten berekenen.