Lesson 4. 04/09

What are we going to do today?

- Grammar revision.

- Grammar modals chapter 2. 

- Do ex. 26/27 chapter 2. 

- G: Listening. 

- Read book. 

..... I say that you look very handsome today?

1. Might
2. May
3. Am I allowed to

You ....... vote when you're 18 years old.

1. Might
2. May
3. Are allowed to

Did you see that movie on Net5 last night? Answer: Nee die heb ik niet gezien.

1. No
2. No I didn't.

Weren't you at the library earlier today?

1. No, I wasn't
2. No, I weren't.

Modals: must, have to, should, ought to 

Je gebruikt should (not) + infinitief als je vind dat iets wel/niet zou moeten. Bijvoorbeeld als je advies wilt geven of juist iets wilt afraden. 

bijvoorbeeld: 

- You should really read this book, I really liked it. (aanraden iets te doen). 

- You shouldn't be so mean to him, he doesn't deserve that. (advies geven over dat je iets niet moet doen) 

Modals: must, have to, should, ought to 

je gebruikt must (not) + infinitief als je vindt dat iets wel/niet MOET. Must is veel krachtiger dan should. 

Bijvoorbeeld: 

- You must dress up for the wedding, it's the dresscode. 

- She musn't talk during this speech, it's impolite. 

Modals: must, have to, should, ought to 

je gebruikt has to/have to + infinitief om: 

- zekerheid, noodzaak of verplichting uit te drukken. 

bijvoorbeeld: The paint has to set for 4 hours for it to be beautiful. (noodzaak)

- te zeggen dat iets moet van iemand anders. 

bijvoorbeeld: Exercise 11 you have to do in Pairs, it's role card. (Het boek beveelt je het in tweetallen te doen). 

Modals: must, have to, should, ought to 

Je gebruikt ought to + infinitief om: 

- Jezelf en anderen advies te geven. 

bijvoorbeeld: You ought to stay in call until the bell goes off. 

- Te vertellen dat iets gedaan zou moeten worden. 

bijvoorbeeld: You ought to do your homework every time. 

- Te vragen naar eigen verplichtingen.

bijvoorbeeld: Ought I to write him an apology letter? 

Ought to is heel formeel en wordt niet heel vaak gebruikt. 

Do 

- J: chapter 2 ex. 26/27

- G: Listening. 

- Homework ex 1 to. 24