Drie spelers komen op de vloer. Een van hen gaat naar de gang. Hij weet niet, als hij straks binnenkomt, welke status hij heeft. Hij moet de tegenovergestelde status gaan spelen van degenen die al op de vloer zijn. Laten zij een lage status zien, dan betekent dat dat degene die binnenkomt een hoge status heeft. Dit moet dus heel duidelijk uitgebeeld worden.
De speler die binnenkomt moet direct mogelijk deelnemen aan de scene, en proberen zo snel mogelijk de rol op zich te nemen wanneer hij dit doorheeft. De docent coacht vanaf de kant .
De scene stopt pas wanneer de docent hem stil zet.