Jong en Oud: Les 3 (H2)

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Agenda
Introductie hoofdstuk 2
Zelf opgaven maken (2.1 t/m 2.8)
Begeleid oefenen: opgave 2.6

Slide 3 - Tekstslide

Dominante strategie voor Boerkoel

A
Geen uitverkoop
B
Wel uitverkoop
C
hij heeft geen dominante strategie
D
eerst wel uitverkoop, dan geen uitverkoop.

Slide 4 - Quizvraag


Wat is de uitkomst van deze opbrengstenmatrix?
A
25;20
B
20;30
C
35;15
D
23;18

Slide 5 - Quizvraag


Is er sprake van een gevangenendilemma?
A
Nee, want de uitkomst is optimaal (25/20)
B
Nee want er is alleen een betere optie voor 1
C
ja, er is een betere optie voor beiden (25/20)
D
Ja, want ze hebben beide een dominante strategie

Slide 6 - Quizvraag

IS HIER SPRAKE VAN EEN GEVANGENENDILEMMA?
let op: winstmatrix!
A
NEE, er is geen betere optie voor beiden
B
JA, want er is een betere optie voor beiden
C
JA, want 7 is meer dan 5.
D
NEE, er is wel een betere uitkomst voor beiden

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Wat is GEEN voorbeeld van
ruilen over de tijd?
A
Je betaalt maandelijks premie voor je pensioen.
B
Je koopt met een persoonlijke lening een nieuwe wasmachine.
C
Je doet elke week boodschappen en betaald met PIN.
D
Je koopt een telefoon op afbetaling.

Slide 9 - Quizvraag

Wat is WEL een voorbeeld van ruilen over de tijd?
A
het kopen van schaarse goederen
B
lenen voor de studie
C
Sparen voor een scooter
D
het krijgen van een uitkering

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

De rente op geleend geld is hoger dan de rente op spaargeld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Hoe zat dat ook al weer met inflatie? Door de inflatie kan je...
A
meer besteden
B
minder besteden

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Zelf aan de slag
Maken: opgaven 2.9 t/m 2.14
Hoe? In stilte
Vraag? Vinger

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Is je uiteindelijke schuld bij de bank een voorraadgrootheid of een stroomgrootheid?
A
Voorraadgrootheid
B
Stroomgrootheid

Slide 22 - Quizvraag

Is het opbouwen van een schuld bij de bank een stroomgrootheid of een voorraadgrootheid?
A
Voorraadgrootheid
B
Stroomgrootheid

Slide 23 - Quizvraag

De hoeveelheid leerlingen op school is een:
A
voorraadgrootheid
B
stroomgrootheid

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Waarvoor spaar jij?

Slide 26 - Woordweb

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Maken 2.1 t/m 2.8

Slide 29 - Tekstslide