NOVA Chemisch Evenwicht

Laatste thema havo 4
Wet van behoud van energie
Reactiesnelheid
CHEMISCH EVENWICHTNOVA 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Laatste thema havo 4
Wet van behoud van energie
Reactiesnelheid
CHEMISCH EVENWICHTNOVA 

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
  • Wet van behoud van energie in het kort
  • Reactiesnelheid in het kort
  • omkeerbare reacties en wat is een chemische evenwicht?
  • filmpjes
  • Maken van thema

Slide 2 - Tekstslide

Wet van behoud van energie
  • Energie kan niet verloren gaan!
  • Energie kan wel van vorm veranderen:
- warmte

- licht
- elektrische energie
- chemische energie
         Vraag: kun jij voorbeelden van energie-omzetting geven?

Slide 3 - Tekstslide

ENDOtherm
EXOtherm
Als het proces de ene kant op warmte kost, dan komt er bij het omgekeerde proces warmte vrij. 
    (Wet van behoud
            van energie)

Slide 4 - Tekstslide

4.1 Reactiesnelheid
  • Soort stof: stoffen reageren anders.
  • Verdelingsgraad: Hoe fijner verdeeld, hoe sneller de reactie.
  • Concentratie: Hoe groter de concentratie, hoe groter de reactiesnelheid.
  • Temperatuur: Hoe hoger de temperatuur, hoe groter de reactiesnelheid.
  • Katalysator: vergroot reactiesnelheid. Wordt gebruikt, maar niet verbruikt.

Slide 5 - Tekstslide

Reactiesnelheid bepalen (tabel 37A)
  • Gemiddelde reactiesnelheid


  • Reactiesnelheid op een bepaald tijdstip

Slide 6 - Tekstslide

inleiding
Hiernaast zie je vijf gesloten buizen. Alle buizen bevatten een mengsel van twee gassen, een bruin gas (NO2) en een kleurloos gas (N2O4).
Door de temperatuur te veranderen, verandert de kleur van de buizen. Toch kan er geen gas in of uit. Hoe kan dit?

Slide 7 - Tekstslide

Proef 1
We plaatsen de bruine buis van 20°C in een bak met water van 80°C. De buis is gesloten, er kan geen stof in of uit. De buis wordt donkerder van kleur.

Slide 8 - Tekstslide

Hoe kun je deze verkleuring verklaren?
A
door de warmte zetten de moleculen uit
B
door de warmte bewegen de moleculen sneller
C
door de warmte wordt het kleurloze gas omgezet in het bruine gas
D
door de warmte zitten de moleculen meer aan de buitenkant van de buis

Slide 9 - Quizvraag

proef 2
We nemen weer dezelfde buis van 20°C, maar zetten deze nu in een bak met ijswater. De bruine kleur wordt lichter. Er kan nog steeds geen gas de buis in of uit, want de buis is helemaal dicht gesmolten.

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kun je dit resultaat verklaren?
A
bij lagere temperatuur worden de moleculen lichter van kleur
B
bij lagere temperatuur wordt bruin gas omgezet in kleurloos gas
C
bij lagere temperatuur bewegen de moleculen langzamer
D
bij lagere temperatuur kunnen de moleculen door het glas naar buiten

Slide 11 - Quizvraag

proef 3
Twee buizen met dezelfde kleur worden bij 0°C en 80°C geplaatst. Ze worden kleurloos en heel donker. Daarna worden deze buizen tegelijk in dezelfde bak bij 20°C geplaatst.

Slide 12 - Tekstslide

Welke kleur krijgen de beide buizen bij 20°C?
A
dezelfde kleur
B
de lichte buis zal iets lichter blijven
C
dat kun je niet weten
D
de donkere buis zal iets donkerder blijven

Slide 13 - Quizvraag

resultaat
De buizen worden dezelfde temperatuur, dus na een tijdje krijgen ze ook weer dezelfde kleur. 

De kleur van de buizen kan dus steeds opnieuw veranderen, als je de temperatuur verandert. De reactie kan allebei de kanten op verlopen

Slide 14 - Tekstslide

  NOTEER EN LEER
Omkeerbare reacties
Reacties waarbij de reactieproducten weer kunnen terugreageren tot de beginstoffen worden omkeerbare reacties genoemd.



Slide 15 - Tekstslide

vervolg 
We begrijpen nu dat de kleur steeds opnieuw kan veranderen, maar hoe kan het dat de kleur bij 20°C hetzelfde blijft? Kijk naar de buis die van 80°C naar 20°C gaat. Welke reactie verloopt daar? 

Slide 16 - Tekstslide

Waarom denk je dat deze reactie stopt?
A
de beginstof (= het bruine gas) is op
B
de deeltjes botsen niet meer op elkaar
C
de deeltjes botsen niet meer effectief
D
geen van deze verklaringen is juist

Slide 17 - Quizvraag

uitleg
Bij 20°C botsen de deeltjes nog steeds op elkaar en zijn er dus ook effectieve botsingen. De omzetting van bruin gas naar kleurloos gas is niet gestopt. Het bruine gas is ook niet op. Dat komt omdat tegelijkertijd ook de reactie van kleurloos gas naar bruin gas verloopt. Als deze twee reacties even snel verlopen, dan verandert de kleur niet.

Dit noem je CHEMISCH EVENWICHT
Dit zie je in de volgende animatie.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

uitleg
In het volgende filmpje wordt aan de hand van een alledaags voorbeeld nog een keer uitgelegd wat een chemisch evenwicht is.

Slide 20 - Tekstslide

0

Slide 21 - Video

NOTEER EN LEER
Een evenwichtsreactie kan zich instellen als aan 2 voorwaarden is voldaan:
1. de reactie is omkeerbaar
2. de reactie vindt plaats in een afgesloten omgeving

Slide 22 - Tekstslide

NOTEER EN LEER
Een chemisch evenwicht is een dynamisch evenwicht: er vinden voortdurend botsingen tussen deeltjes plaats, er verlopen voortdurend chemische reacties.
Er is chemische evenwicht bereikt als:
1. de snelheid van de reactie heen en terug gelijk zijn (s1 = s2)
2. de concentraties van stoffen niet meer veranderen

Slide 23 - Tekstslide

tot slot
We begonnen de les met deze proef.
de reactie tussen de twee gassen in de buis is omkeerbaar en de buis is helemaal afgesloten.

Waarom verandert de kleur van de buis niet meer bij 20°C?

Slide 24 - Tekstslide

de kleur van de buis verandert bij 20°C niet meer, omdat
A
de reacties zijn gestopt
B
er van beide gassen evenveel aanwezig is
C
de omzetting van bruin naar kleurloos even snel verloopt als van kleurloos naar bruin
D
de beginstof op is

Slide 25 - Quizvraag

afronding
In Peppels vind je de opdrachten die je kunt maken om te oefenen. De uitlegfilms die je kunt bekijken en deze Lessonup om deze nogmaals te bekijken. Heel veel succes en volgende week bespreken we de gemaakte vragen!


Slide 26 - Tekstslide

Maak voor de volgende les
Maken par 1 opdracht 1, 3  en 4
Maken par 2  vraag 13, 14, 15, 16
Maken par 3 vraag 19 t/m 22.2
Maken par 4 vraag 23 t/m 28.3 en 30

Slide 27 - Tekstslide

Heb je nog vragen over deze les?
Noteer deze dan hier.

Slide 28 - Open vraag