Het spijsverteringsstelsel

Spijsvertering 
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
AFPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Spijsvertering 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lesdoelen 
  • je begrijpt de basisprincipes van de spijsvertering
  • Je kunt uitleggen wat er met een voedingsstof gebeurt van inname tot uitscheiding

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Warming-up
Heb je je ooit afgevraagd wat er gebeurt met het voedsel dat je eet nadat je het hebt doorgeslikt?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
mondholte, keelholte en slokdarm
De mondholte bestaat uit het gebit, de tong en de speekselklieren
  1. de oorspeekselklier maakt speeksel als voedsel dichtbij komt
  2. de ondertong- en onderkaak- speekselklier maken 24/7 speeksel
ondertong- en
onderkaakspeekselklier
2
(oor)speekselklier
1

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
mondholte, keelholte en slokdarm
Speeksel bestaat uit...
  • Waterig slijm
  • Enzym amylase (splitst koolhydraten tot glucose)
  • Bijkomende stof antistoffen
slijm
S
amylase
A
antistoffen
A

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enzymen
Een enzym is een stof die een afbraakreactie kan versnellen. Zo gaat de vertering dus sneller.
  • voor elke voedingsstof is er een apart enzym
  • het enzym splitst een stof in een  verteringsproduct

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
mondholte, keelholte en slokdarm
De slokdarm brengt het voedsel van de keel naar de maag.
  • de holte is geplooid en gevuld met slijm
  • de slokdarm heeft een dubbele spierlaag
  • de slokdarm maakt geen enzymen
slijm
S
kringspieren
K
lengtespieren
L

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
de maag
Na de slokdarm komt de maag (gaster )
  • ligt onder het middenrif, linkerzijde
  • de maag kneedt het voedsel
  • de maag heeft verteringsklieren

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
de maag
De maag wordt verdeeld in...
  • maagmond, hier komt het voedsel binnen
  • maagzak, hier wordt lucht opgevangen en het meeste maagsap gemaakt
  • maagportier, dat telkens kleine beetjes brij doorlaat
maagmond
M
maagzak
Z
maagportier
P

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
de maag
Maagsap bestaat uit...
  • waterig slijm
  • enzym pepsine (het splitst eiwitten tot aminozuren)
  • bijkomende stof maagzuur (= zoutzuur, het doodt bacteriën)
slijm
S
pepsine
P
maagzuur
M

Slide 16 - Tekstslide

QUIZ?
Over mond, slokdarm en maag?

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maag
Lever
Slokdarm
Duodenum
Galblaas
Alvleesklier 

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
12v-darm en alvleesklier
Vanuit de maag komt het zure voedsel in de twaalfvingerige darm (duodenum)
  • het maakt zelf geen verterings- sap, maar krijgt ze van twee organen: de alvleesklier en galblaas
alvleesklier
A
galblaas
G
twaalfvingerige darm
T

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
12v-darm en alvleesklier
De alvleesklier (pancreas) heeft klieren die enzymen maken om koolhydraten, vetten en eiwitten te verteren.
Samen met gal wordt alvleessap toegevoegd aan het voedsel

Gal wordt gemaakt door lever, opgeslagen in galblaas
alvleesklier
A
galblaas
G
twaalfvingerige darm
T

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
12v-darm en alvleesklier
Alvleessap bestaat uit...
  • waterig slijm
  • enzymen die koolhydraten, vetten en eiwitten verteren
  • bijkomende stof soda (= om zuur op te heffen)
slijm
S
enzymen van de
alvleesklier
E
soda
S

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
lever en galblaas
De gal wordt bewaard in de galblaas. Wanneer het voedsel de twaalfvingerige darm inkomt, knijpt de galblaas zich samen en komt gal bij het voedsel.
galblaas
galbuis
van de lever
naar de 12v-darm

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
12v-darm en alvleesklier
De alvleesklier (pancreas) maakt ook hormonen die de hoeveelheid suiker (glucose) regelen in bloed en weefsels...
  • insuline
  • glucagon
hormooncellen maken
  • insuline
  • glucagon
H

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is glycogeen?
A
Een hormoon dat voor stijging van glucose zorgt
B
Glucose in opgeslagen toestand
C
Een hormoon dat voor het dalen van glucose zorgt
D
Een enzym dat voor stijging van insuline zorgt

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van gal?
A
Koolhydraten verteren
B
Eiwitten verteren
C
Vetten verteren
D
Het verteert niks

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
lever en galblaas
De functie van gal is het emulgeren van vet; grote vetdruppels klein maken.
Hierdoor verloopt de vetvertering door enzymen beter.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen functie van de lever
A
Opslag plaats voor energie
B
Vormen van gal
C
Ontgiften van lichaam
D
Aanmaak vitamine K

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lever
-Alcohol
-Medicijnen
-Tattoo
-Grootte

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
de dunne darm
Na de 12v-darm volgt de 5 meter lange dunne darm (intestinum).
De dunne darm...
  • heeft veel darmplooien
  • maakt darmsap
  • neemt de verteringsproducten op (absorptie) in het bloed

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
de dunne darm
Darmsap bestaat uit...
  • waterig slijm
  • enzymen die koolhydraten, vetten en eiwitten verteren
  • geen bijkomende stof
slijm
S
enzymen van de
alvleesklier
E

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
de blindedarm, dikke darm en endeldarm
Onverteerbare resten komen vanuit de dunne darm in de dikke darm (colon) terecht.
De functie van de dikke darm is...
  • het onttrekken van water (indikken van de resten)
  • het maken van vitamine K (voor de bloedstolling) door darmbacteriën

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De organen voor de spijsvertering
de blindedarm, dikke darm en endeldarm
De resten leggen deze weg af...
  • blinde darm met wormvormig aanhangsel (appendix)
  • endeldarm waar de ontlasting wordt opgeslagen, met de anus als afsluitspier (kringspier)
Blinde darm
B
Endeldarm
A

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Observatie feces/ faeces
  • Frequentie 
  • Hoeveelheid
  • Kleur​
  • Consistentie
  • Geur
  • Samenstelling

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Video

Deze slide heeft geen instructies

opdrachten
Maak de opdrachten in je licentie
thema 3

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Locatie lever

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe komt het dat je je niet verslikt als je eet?
A
het strotklepje gaat naar boven
B
het strotklepje gaat naar beneden
C
de huig gaat naar boven
D
de huig gaat naar beneden

Slide 49 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies