Sparen en lenen

• Burgerschapsonderwijs
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Lenen &

schuld

Als je moet lenen, kun je niet goed met geld omgaan.

Oneens

Niet eens / niet oneens

Eens

Ik zou me ervoor schamen als ik schulden zou hebben.

Oneens

Niet eens / niet oneens

Eens

Lenen voor een vakantie moet kunnen.

Oneens

Niet eens / niet oneens

Eens

Wie van jullie spaart?

Ik spaar voor iets wat ik heel graag wil (hebben).

Sparen? Ik kom altijd geld tekort!

Ik spaar, maar weet niet precies waarvoor.

Ik hoef niet te sparen, want ik krijg alles wat ik wil (hebben).

Waar spaar jij voor, 

of zou je voor willen sparen??

Hoe kun je zorgen 

dat je meer spaart?

Spaartips

Open een spaarrekening.

Zet iedere week of maand geld op de spaarrekening.

Veel kleine beetjes maken groot.

Maak een overzicht van inkomsten en uitgaven.

Kun je ergens op besparen?

Praat er thuis over dat je spaart, 

en waarvoor je spaart.

Leen je wel eens geld van iemand?

Ik heb nog nooit geld geleend.

Ik leen wel eens geld van mijn ouders.

Ik leen wel eens geld van een vriend of vriendin.

Leen je wel eens geld uit aan iemand?

Ja, als ze er om vragen.

Ja, maar niet aan iedereen.

Nee, dat doe ik niet.

Ik zou wel willen, maar ik heb zelf geen geld.

Stel: je smartphone die je op afbetaling hebt 

gekocht, laat je na 2 maanden op de grond vallen. 

De telefoon is helemaal stuk. Moet je dan de 

resterende termijnen van je lening doorbetalen?

1. ja
2. nee

Geld lenen kost geld

Je betaalt rente over de schuld.

Je moet de schuld altijd terugbetalen.

Mensen lenen steeds opnieuw om nog meer spullen te kopen.

Soms moeten mensen geholpen worden om uit de schulden te komen.