Pronouns

PRONOUNS
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

PRONOUNS

Slide 1 - Tekstslide

TODAY
  • The News (exc 1+2)
  • Lesson up pronouns
  • Break?
  • exc 3 + trainers
  • Commercials (exc 1,2+trainers)

Slide 2 - Tekstslide

Fill in the blank
___ have always been told, one day ___ will find
Somebody who changes ___ mind
If ___ come along, ___ won't think twice
'Cause ___ already got a good thing with ___
Yeah, ___ already got everything ___ need
The best things in life are already ___
Don't tell me that ___ got a good thing for ___

Slide 3 - Tekstslide

Pronouns
  • Personal pronouns (persoonlijk voornaamwoorden) gebruik je om naar iemand te refereren of te wijzen. 

  • Als je wilt uitdrukken dat iets van jou (of van iemand anders) is, kun je possessive pronouns (bezittelijke voornaamwoorden) gebruiken.

Slide 4 - Tekstslide

Personal Pronouns
  • Bepaal of het persoonlijk voornaamwoord het onderwerp van de zin is of het lijdend voorwerp of meewerkend voorwerp is.

  • Bepaal of je een enkelvoudsvorm of meervoudsvorm moet gebruiken.

  • Bepaal welk persoonlijk voornaamwoord je  precies moet gebruiken. 

Slide 5 - Tekstslide

Example
I like Bart. 
You must listen.
She is nice. 
We are waiting for him.
Can you help us?
I won't buy them

Slide 6 - Tekstslide

Maak een zin met een Personal Ponoun.

Slide 7 - Open vraag

Possessive pronouns
  • Bepaal of het bezittelijk voornaamwoord vóór het zelfstandig naamwoord waarnaar het verwijst in de zin staat of dat dat niet zo is.

  • Bepaal of je een enkelvoudsvorm of meervoudsvorm moet gebruiken.

  • Bepaal welk bezittelijk voornaam woord je precies moet gebruiken. 

Slide 8 - Tekstslide

Example
She's my friend.
Is that her house?
This was our idea.
She's a friend of mine.
Are both red cars yours?
I'm a colleague of theirs.

Slide 9 - Tekstslide

Maak een zin met een Possessive Pronoun.

Slide 10 - Open vraag


I am Patrick
I
A
Personal Pronoun
B
Possessive pronoun

Slide 11 - Quizvraag


Yes, that's me on that picture.
me
A
Personal Pronoun
B
Possessive Pronoun

Slide 12 - Quizvraag

I like to wear my green jacket on pictures, because that jacket is mine.
my/mine
A
Personal Pronoun
B
Possessive Pronoun

Slide 13 - Quizvraag


Do you like him?
you
A
Personal Pronoun
B
Posessive Pronoun

Slide 14 - Quizvraag


Have you ever been to our place?
our
A
Personal Pronoun
B
Possessive Pronoun

Slide 15 - Quizvraag


Do you like his glasses?
his
A
Personal Pronouns
B
Possessive Pronouns

Slide 16 - Quizvraag

Vul de juiste pronouns in.

...... name is Claire. ...... likes to go shopping. She will take ...... dog to the doctor tomorrow, because ...... is ill.

Slide 17 - Open vraag

Answer
Her name is Claire. She likes to go shopping. 
She will take her dog Brutus to the doctor tomorrow, because it is ill.

Slide 18 - Tekstslide

Vul de juiste pronouns in.

Tim and Philip are on ...... way to ...... (onze) city. Is Tim ...... (jou) brother, Grace?

Slide 19 - Open vraag

Answer
Tim and Philip are on their way to our city. 
Is Tim your brother, Grace?

Slide 20 - Tekstslide