Onderdelen van het infuussysteem.
Infuuszak/fles: Bevat de vloeistof die wordt toegediend.
Infuussysteem (slangenset): Verbindt de infuuszak met de katheter of naald.
Druppelkamer: Controleert het aantal druppels en voorkomt luchtbellen.
Afsluitknijper (rollerclamp): Regelt de doorloopsnelheid van de vloeistof.
Insteekpunt: De plek waar de infuusnaald of katheter in de ader zit.
Infuuspomp (optioneel): Elektrisch apparaat voor nauwkeurige regeling van de toedieningssnelheid.