Zakelijke brief les 2 26-11-2021

Stop je telefoon in de telefoontas (geluid uit/stil), pak je laptop en ga rustig zitten. 

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Stop je telefoon in de telefoontas (geluid uit/stil), pak je laptop en ga rustig zitten. 

Slide 1 - Tekstslide

 Lesprogramma
  • Opfrissen conventies en inhoud zakelijke brief
  • Drie voorbeeldbrieven beoordelen
  • Uitleg schrijfopdracht
  • Informatie verzamelen voor je brief: klassikaal televisie-fragment bekijken.
  • Leren argumenten.

  • Deze lessenserie wordt afgesloten met een PTA-toets zakelijke brief schrijven.


Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel 
Ik kan relevante informatie verzamelen om mijn verzoek in mijn brief toe te lichten. 

Slide 3 - Tekstslide

Volgorde zakelijke brief
Afzender
Plaats en datum
Geadresseerde
Betreft/onderwerp
Aanhef
Inleiding
Kern
Slot
Slotgroet
Bijlagen

Slide 4 - Sleepvraag

Benoem de conventies (regels) van een zakelijke brief

Slide 5 - Woordweb

Vaste indeling

conventies

(regels)

Slide 6 - Tekstslide

Vaste indeling:
1. Afzender (schrijver)
2. Plaats en datum
3. Geadresseerde (ontvanger)
4. Betreft (onderwerp)
5.  Aanhef (Geachte...),
6. Inhoud: inleiding - middenstuk - slot
7. Slotgroet (Met vriendelijke groet,)
8. Ondertekening (Handtekening + voor- en achternaam)

Zet een

witregel

tussen de onderdelen

Slide 7 - Tekstslide

Inhoud

INLEIDING: Wie ben je en waarom schrijf je de brief? (nooit met Ik beginnen!)


KERN: Informatie geven.


SLOT: Wens of verwachting uitspreken.

Slide 8 - Tekstslide

Doen
In tweetallen 3 brieven beoordelen aan de hand  criteriumformulier 2.
Over 10 minuten bespreken we het met elkaar. Zorg dus ook dat je kunt uitleggen waarom iets wel of niet goed is.
timer
10:00

Slide 9 - Tekstslide

Checklist
  • Naam van de schrijver (afzender) en de ontvanger (geadresseerde) staan boven aan de brief
  • Er zit een onderwerpregel (betreft) in
  • Boven de aanhef staan plaats en datum
  • De brief begint met een beleefde aanhef en eindigt met een beleefde groet
  • Nooit met 'ik' beginnen!
  • In de inleiding staat wie je bent en waarom je deze brief stuurt
  • In het middenstuk (kern) staat: wat, waarom, waarover..
  • In het slot schrijf je wat je van de lezer verwacht
  • Op de juiste plekken witregels openlaten
  • Beleefd taalgebruik (formeel)
  • Spreek de ander aan met 'u'
  • Alle zinnen zijn volledig en begrijpelijk
  • Alle woorden zijn juist gespeld

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 'Red mijn vakantie'

Je gaat kijken naar een uitzending van 'Red mijn vakantie'. Je ziet jongeren die op vakantie zijn in Spanje en niet tevreden zijn over het appartement. Verplaats je in de volgende situatie:

Je bent één van de jongeren. Je vakantie is in duigen gevallen en daarom wil je nadat je thuis bent gekomen een schadevergoeding voor het geleden leed. In het filmpje dat je te zien krijgt, kun je een aantal argumenten halen. Maak daarom aantekeningen, zodat je deze straks kunt gebruiken bij het schrijven van je brief. Daarnaast mag je nog andere argumenten gebruiken, bijvoorbeeld op basis van wat je zelf wel eens hebt meegemaakt tijdens een verblijf in een appartement, hotel of op een park.

De argumenten zullen klassikaal besproken worden. Vervolgens vul je het schrijfplan in. Dit laat je goedkeuren en daarna schrijf je de eerste versie van de brief.

Je schrijf de brief namens jezelf aan Prettig Reizen, Postbus 1234, 1001 AA Amsterdam. Voor de datum houd je de dag aan waarop je de brief schrijft.

Slide 11 - Tekstslide

Argument
Overleg in duo's welk argument je gaat gebruiken in jouw zakelijke brief over dit onderwerp. Waarom viel je vakantie in duigen en waarom zou je een schadevergoeding moeten krijgen?
timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

Wat is jullie argument?

Slide 13 - Open vraag

Evaluatie
Is het lesdoel behaald?

Heb je argumenten voor jouw brief?

Vragen?

Volgende keer: schrijfplan maken voor zakelijke brief, elkaar feedback  geven en eerste versie schrijven.

Slide 14 - Tekstslide