Weekritme 1, les 9 EIND QUIZ (3E16)
1 / 42
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Welke 4 sectoren hebben wij op school?
A
Natuur, Voeding & Dienstverlening, Zorg & welzijn en Techniek
B
Natuur, Voeding & Dienstverlening, Economie & Handel en Techniek
C
Voeding & Dienstverlening, Zorg & Welzijn, Economie & Handel en Natuur
D
Natuur, Economie & Handel, Techniek en AVO
Slide 3 - Quizvraag
Natuur
Techniek
Economie & Handel
Voeding & Dienstverlening
Slide 4 - Sleepvraag
Tekst
Tekst
Natuur
Economie en handel
Techniek
Voeding en dienstverlening
Prijstang
Koksmes
Zaag
Heggenschaar
Deegroller
Schroevendraaier
Palletwagen
schoonmaakdoekje
Bladblazer
Slide 5 - Sleepvraag
Welke 2 onderdelen zijn er bij de sector Economie & Handel (E&H)?
Slide 6 - Open vraag
Wat betekent certificeren
A
Een meesterproef halen
B
Heel goed je best doen in de les
C
Een soort diploma halen
Slide 7 - Quizvraag
In unit 2 oefenen we werken in de winkel in....?
A
Dit lokaal
B
De Albert Heijn
C
In de LWP
D
In de Jumbo
Slide 8 - Quizvraag
In unit 2 oefenen we werken in het magazijn in...?
A
In dit lokaal?
B
De Albert Heijn
C
In de LWP
D
In de Jumbo
Slide 9 - Quizvraag
Noem 3 taken van een magazijnmedewerker
Slide 10 - Open vraag
Noem 3 taken van een winkelmedewerker
Slide 11 - Open vraag
Wat zijn goederen?
A
Dingen die je erg goed kan
B
Producten in een winkel of magazijn
C
Bonnen waarop staat wat er in een doos zit
D
Het bijvullen van vakken in een winkel
Slide 12 - Quizvraag
Pallet
Steekwagen
Roll-inn
Dolly
Rolcontainer
Pompwagen
Slide 13 - Sleepvraag
Welk hulpmiddel kom je wel eens tegen in de bakkerij?
A
Roll-inn
B
Steekwagen
C
Pompwagen
D
Rolcontainer
Slide 14 - Quizvraag
Waarvoor gebruiken we
een palletwagen
in bijv. een supermarkt
een palletwagen
in bijv. een supermarkt
A
Om goederen mee te verplaatsen.
B
Om collega's mee te verplaatsen.
C
Om klanten mee te verplaatsen.
Slide 15 - Quizvraag
Welk hulpmiddel heb je in de LWP gezien?
A
Roll-inn
B
Dolly
C
Pompwagen
D
Rolcontainer
Slide 16 - Quizvraag
Welk hulpmiddel gebruiken ze in de supermarkt om vakken te vullen?
A
Roll-inn
B
Pompwagen
C
Pallet
D
Dolly
Slide 17 - Quizvraag
Wat is een pakbon?
Slide 18 - Open vraag
Van welk bedrijf is deze pakbon?
Slide 19 - Open vraag
Wat is de datum van de bestelling?
Slide 20 - Open vraag
Hoeveel goederen zijn er besteld?
Slide 21 - Open vraag
Binnen hoeveel dagen moet je het retour sturen?
Slide 22 - Open vraag
Op een pakbon staat altijd de ontvanger en de afzender. Wie is de ontvanger?
A
De persoon of het bedrijf dat het pakket verstuurt
B
De persoon of het bedrijf dat het pakket krijgt
Slide 23 - Quizvraag
Op een pakbon staat altijd de ontvanger en de afzender. Wie is de afzender?
A
De persoon of het bedrijf dat het pakket verstuurt
B
De persoon of het bedrijf dat het pakket krijgt
Slide 24 - Quizvraag
Noem 3 dingen die je kan sorteren
Slide 25 - Woordweb
Op welke 3 manieren kun je schoenen sorteren?
Slide 26 - Open vraag
Waar is op gesorteerd?
A
Maat
B
Soort
C
Vorm
D
Kleur
Slide 27 - Quizvraag
Waar is op gesorteerd?
A
Maat
B
Soort
C
Vorm
D
Kleur
Slide 28 - Quizvraag
Waar is op gesorteerd?
A
Maat
B
Soort
C
Vorm
D
Kleur
Slide 29 - Quizvraag
Waar is op gesorteerd?
A
Maat
B
Soort
C
Vorm
D
Kleur
Slide 30 - Quizvraag
Waar is op gesorteerd?
A
Maat
B
Soort
C
Vorm
D
Kleur
Slide 31 - Quizvraag
Waar is op gesorteerd?
A
Maat
B
Soort
C
Vorm
D
Kleur
Slide 32 - Quizvraag
Noem 3 dingen die op een etiket staan?
Slide 33 - Open vraag
Van welk ingrediënt zit er het meest in?
A
Suiker
B
Melk
C
Boter
D
Room
Slide 34 - Quizvraag
In welke stad is het product gemaakt?
A
Heerlen
B
Amsterdam
C
Zaandam
D
Rotterdam
Slide 35 - Quizvraag
Wat is het merk van het product?
A
Elke dag
B
Inhoud
C
Campina
D
Voordelen
Slide 36 - Quizvraag
Als je allergisch bent voor melkpoeder. Mag je dit dan eten?
A
Ja
B
Nee
Slide 37 - Quizvraag
Welke vitamines zitten er in het product?
A
A & D
B
A & C
C
A & D & E
D
A & C & D
Slide 38 - Quizvraag
Waarvoor is de streepjescode op een product?
A
Om af te rekenen
B
Om te kijken uit welk land het product komt
C
Om te kijken welke ingrediënten erin zitten
Slide 39 - Quizvraag
Wat is de houdbaarheidsdatum op een product?
A
De datum wanneer het product gemaakt is
B
De datum wanneer het product verkocht is
C
De datum tot wanneer het product te gebruiken is
D
De datum waarop je het product moet eten
Slide 40 - Quizvraag
Wat is de leukste sector op PPL? (kies slim ;))
A
Economie & Handel (natuurlijk)
B
Voeding & Dienstverlening
C
Natuur
D
Techniek
