§3. Het klimaat verandert

§ 3. Het klimaat verandert
Waardoor gebeurt dit precies en wat zijn de gevolgen voor NL?
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

§ 3. Het klimaat verandert
Waardoor gebeurt dit precies en wat zijn de gevolgen voor NL?

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen deze les
- Je kunt het verschil beschrijven tussen het natuurlijke en het versterkte broeikas effect

- Je kunt twee belangrijke broeikas gassen noemen



- Je kunt de oorzaak van het versterkte broeikas effect omschrijven 
- Je kunt de gevolgen van het versterkte broeikas effect omschrijven 

Slide 2 - Tekstslide

Natuurlijke broeikas effect
Versterkt broeikas effect

Het vasthouden van warmte door de atmosfeer. 


Hoe werkt dat?
Extra broeikasgassen door de mens. Waardoor de aarde meer warmte vast houd. 

- Verkeer

-Verbranden van fossielen brandstoffen zoals steenkool. 

- Vee houden 



Slide 3 - Tekstslide

Natuurlijke broeikas effect
1. Rond de aarde zit een laag lucht: Atmosfeer

2. In de atmosfeer zitten belangrijke gassen om te leven 

Stikstof : 78 %
Zuurstof: 21 %

Slide 4 - Tekstslide

Natuurlijke broeikas effect
3. Zonlicht gaat door de atmosfeer heen en verwarmt het aardoppverlak. 

4. Het aardoppervlak verwarmt de atmosfeer erboven

5. Sommige gassen: Broeikasgassen houden deze warmte tegen.              Co2! (Koolstofdioxide).  en methaan.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Kringloop van koolstof 
  • Koolstof komt voor in de dampkring, bodem, planten, water en dieren.
  • Wordt in de kringloop uitgewisseld
  • Mensen en dieren halen koolstof uit voedsel en ademen koolstofdioxide uit. 
  • Planten halen koolstofdioxide uit de lucht -> fotosynthese -> zuurstof 
  • koolstofdioxide lost op in water 
Koolstofdioxide = Koolstof + zuurstof. 

Slide 7 - Tekstslide

Koolstofkringloop
Net als bij water is er ook een kringloop van koolstof. Koolstof komen we als bestanddeel van stoffen overal op aarde tegen. In de lucht als koolstofdioxide (CO2),  in de bodem als fossiele brandstoffen (steenkool, olie), in de zee ligt veel koolstof opgeslagen, in bomen en planten, in dieren en mensen. Kortom: koolstof komt overal voor. Net als water is koolstof altijd in 
beweging, alhoewel koolstof tijdelijk is 
opgeslagen (in bijvoorbeeld bomen, sedimenten
en dergelijke). De verplaatsing van koolstof tussen
de atmosfeer, de zee, het land, bomen en dieren
noem je de koolstofkringloop. Door fossiele
brandstoffen te verbranden, wordt er koolstof
uit de bodem gehaald en aan de atmosfeer
toegevoegd

Slide 8 - Tekstslide

Aan de slag !
Maken. opdracht 1,2,3,4 

Klaar? 5!

Slide 9 - Tekstslide

Deze les
Herhalen Broeikaseffect
Nieuwe stof uitleggen en opdrachten  maken. 

Slide 10 - Tekstslide

Door koolstofdioxide in de lucht is er het broeikaseffect.
Wat is het broeikaseffect?
A
Het afgeven van warmtestraling vanaf de zon naar de aarde.
B
Het tegenhouden van warmtestraling vanaf de ruimte naar de aarde.
C
Het tegenhouden van warmtestraling vanaf de aarde naar de ruimte.

Slide 11 - Quizvraag

Welk broeikasgas wordt het meest uitgestoten bij het verbranden van fossiele brandstoffen?
A
methaan
B
koolstofdioxide
C
waterdamp
D
stikstof

Slide 12 - Quizvraag

Zonder het broeikaseffect ...
A
... wordt het heel warm op aarde.
B
... blijft de temperatuur op aarde gelijk.
C
... wordt het op aarde net zo koud als in de ruimte.

Slide 13 - Quizvraag

De zon straalt warmte uit, hierdoor verwarmt de atmosfeer
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Gevolgen wereldwijd en voor Nederland
De zeespiegel stijging.          Polen smelten en smeltwater komt in de zee terecht. 

Meer neerslag                Omdat het warmer is verdampt er meer water. Meer wateroverlast


Andere planten en dieren door warmte. Door verandering van weer veranderd te natuur.  

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Dus oorzaken van het versterkt broeikas effect ?
Gevolgen van het versterkt broeikas effect ?

Slide 17 - Tekstslide

Leerdoelen deze les
- Je kunt het verschil beschrijven tussen het natuurlijke en het versterkte broeikas effect

- Je kunt twee belangrijke broeikas gassen noemen
- Je kunt de oorzaak van het versterkte broeikas effect omschrijven 
- Je kunt de gevolgen van het versterkte broeikas effect omschrijven 

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag
Maken opdracht: 2, 4, 5 & 6 7

Is huiswerk voor de volgende les. 

Slide 19 - Tekstslide