Basiszorg periode 2 les 1

     Persoonlijk zorg
Slaap en waak-ritme 
Hoofdstuk 5 basiszorg 2 
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

     Persoonlijk zorg
Slaap en waak-ritme 
Hoofdstuk 5 basiszorg 2 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Weetje:
Mensen slapen 1/3 van hun leven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Weetje:
In de meeste gevallen gaan nachtmerries over...
A
Hulpeloosheid
B
Achtervolgt worden
C
Vallen
D
Controle verliezen

Slide 4 - Quizvraag

Weetje:
1 op de 10 kinderen slaapwandelt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Video

Wat zijn de functies van slapen?

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Tekstslide

Functies van slapen
  1. Ontspanning van het lichaam.
  2. Ontspanning van de geest. 
  3. Dromen. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Wat kan je met de nachtdienst controleren als de zorgvrager slaapt?
WAAR
NIET WAAR
Ademhaling
Transpireren
Onrust
Psychische klachten 

Slide 11 - Sleepvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Samen een opdracht maken: 
- Vraag 1 en 2 BLDZ 19 werkboek 

Daarna: zelf aan de slag! 

Slide 17 - Tekstslide

Slaapmiddelen kalmeren en nemen angst weg
Er zijn inslaap en doorslaapmiddelen
Slaapmiddelen remmen epileptische aanval
Je hebt geen recept nodig voor slaapmiddelen. 

Slide 18 - Sleepvraag

Hoeveel slaap stadium heb je?
A
4
B
5
C
3
D
6

Slide 19 - Quizvraag

Slaapstadium
Stadium 0: Ontspanning
Stadium 1: Vertraging van de lichaamsfuncties
Stadium 2: Totale ontspanning
Stadium 3: Moeilijk te wekken
Stadium 4: Lichamelijk herstel
Stadium 5: Remslaap

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Gevolgen van een te kort aan slaap: 
Een tekort aan slaap heeft op iedereen, gezond of ziek, een groot effect. Te weinig slaap geeft onder andere de volgende verschijnselen:

Afwijkend gedrag: Nervositeit, geïrriteerdheid of zich angstig of apathisch (onverschillig) voelen
Concentratieverlies en geringere opmerkzaamheid: Kan leiden tot ongelukken
Gestoorde gedachtegang en vaak abnormale reactie op prikkels: Zorgvragers die van een mug een olifant maken
Niet meer goed lichamelijk functioneren: Minder werkzaamheden en activiteiten kunnen doen

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Ieder mens heeft een eigen dag-en-nachtritme
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Een verstoord slaap-waakritme
  • Dag en nacht ritme omdraaien 
  • Vreemde omgeving
  • Slapeloosheid
  • Overmatig slapen--> depressie 
  • Slaapwandelen>meer mannen dan vrouwen
  • Nachtmerries>niet goed verwerkte situaties 
  • Bedplassen> angst om bed nat te maken en dan maar wakker blijven   

Slide 26 - Tekstslide

Klachten die de slaap verstoren
Pijn
Honger en dorst
Gedwongen houding
Psychische klachten

Slide 27 - Tekstslide

Slaapmiddelen zijn verslavend

A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide