5.2 Tekststucturen en beknopte samenvatting

Zet je telefoon op stil en pak je leesboek.
Leg ook Talent + je schrift op tafel.

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Zet je telefoon op stil en pak je leesboek.
Leg ook Talent + je schrift op tafel.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

- 10 min. stil lezen en arceren wat belangrijk is==> H5.3

- Uitleg theorie H5.3


Slide 2 - Tekstslide

timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen H5.2
  • Je weet wat een beknopte samenvatting is

  • Je kent de drie vaste tekststructuren


Slide 4 - Tekstslide

Tekststructuren
Een tekst heeft altijd een vaste opbouw: inleiding-middenstuk-slot.

Daarnaast zijn veel teksten opgebouwd volgens een vaste structuur. 
Een tekststructuur is een bepaalde vorm die je tekst scanbaar maakt.            Als de lezer alleen even snel over je tekst heen zou scannen, zou dankzij de structuur duidelijk moeten zijn waar de tekst over gaat.

Het is belangrijk dat je die herkent, omdat je daardoor de tekst beter begrijpt.


Slide 5 - Tekstslide

Drie tekststructuren
1. PROBLEEMSTRUCTUUR

Het thema van een probleemstructuur is altijd een ongewenste situatie.

  • Als in de inleiding een probleem wordt genoemd, gaat het middenstuk over gevolgen, oorzaken en oplossingen. In het slot = beste oplossing!

BV. leerachterstanden door corona, parkeerproblemen in de binnenstad  etc.

Slide 6 - Tekstslide

Drie tekststructuren
 1. PROBLEEMSTRUCTUUR

                                
parkeerprobleem op school
gevolgen ...
oplossing: ga fietsen of lopen!

Slide 7 - Tekstslide

Drie tekststructuren
2. VERKLARINGSSTRUCTUUR

Als er een bepaald verschijnsel wordt verklaard (duidelijk wordt gemaakt).

  • Als in de inleiding een verschijnsel wordt genoemd, gaat het middenstuk over kenmerken, voorbeeldenoorzaken en gevolgen. Slot= samenvatting!

BV. overgewicht bij kinderen, de populariteit van Social Media, de inflatie etc. 

Slide 8 - Tekstslide

Drie tekststructuren
2. VERKLARINGSSTRUCTUUR

 

verschijnsel: kaalheid bij mannen
kenmerken /
oorzaken
samenvatting

Slide 9 - Tekstslide

Drie tekststructuren
3. VOOR- EN NADELENSTRUCTUUR

Als er een afweging voor een keuze of besluit wordt gemaakt. 

  • In de inleiding wordt een situatie geschetst. Het middenstuk gaat dan over (argumenten voor) voor- en nadelen. De conclusie lees je in het slot. 

BV. wel of geen vaccinatieplicht, toetreding tot de NAVO, schoolkeuzes etc.

Slide 10 - Tekstslide

Drie tekststructuren
3. VOOR- EN NADELENSTRUCTUUR
situatie / vraag: 
Wel of geen griepprik halen?
voor- en nadelen
conclusie

Slide 11 - Tekstslide

voor- en nadelenstuctuur

beoordeling / situatie
voor- en nadelen 
conclusie

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Beknopte samenvatting
AANPAK
  • hoofdzaken in hele zinnen (gebruik kernzinnen!)
  • structuur van de  tekst gebruiken om de hoofdzaken vast te stellen (vooral bij teksten met een vaste structuur).
  •  Je kijkt dan wat voor structuur de tekst heeft en stelt vragen die bij de structuur passen.

Slide 16 - Tekstslide

Kernzinnen en onderwerp
Op de volgende 2 slides vind je 2 filmpjes over kernzinnen en onderwerp

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag
Je maakt nu de volgende opdrachten digitaal: opdracht 2 t/m 6 (alleen 6a)

Het gaat om hoofdstuk 5.3, blz. 190/191 uit het boek

Slide 20 - Tekstslide