Herhaling H5

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

  Herhaling wet van Ohm

Leerdoelen:

• Aan het einde van deze les kan je rekenen met  de wet van Ohm. 
• Aan het einde van deze les kan je de wet van Ohm gebruiken in een serie schakeling. 

Practicum

Weerstand

Gloeilampje

Weerstand

Gloeilampje

Weerstand

Voldoet wel aan wet van Ohm

Gloeilampje

Voldoet niet aan wet van Ohm

Weerstand

Voldoet wel aan wet van Ohm

recht evenredig (rechte lijn)

Gloeilampje

Voldoet niet aan wet van Ohm

kromme lijn

Weerstand

Voldoet wel aan wet van Ohm

recht evenredig (rechte lijn)

R altijd constant 

U/I =  zelfde getal

Gloeilampje

Voldoet niet aan wet van Ohm

kromme lijn

R niet constant

als U toeneemt blijft I achter

Wet van Ohm

• Spanning --> de kracht waarmee de elektrische deeltjes vooruit geduwd worden.
• Stroomsterkte 
• Weerstand 

Wet van Ohm

U = I · R

grootheid	symbool	eenheid	symbool
spanning	U	volt	V
stroomsterkte	I	ampère	A
weerstand	R	ohm	Ω

Johan heeft een weerstand gevonden en gaat onderzoeken hoe groot deze weerstand is. Hij zet over deze weerstand een spanning van 1,5 Volt. Met een stroommeter bepaalt hij de stroomsterkte; deze bedraagt 3,85 mA. Hoe groot is nu de weerstand?

Oplossing

Gegeven:

U = 1,5 V

I = 3,85 mA

Gevraagd:

R = ...... Ohm

Oplossing:

R= U/I

R = 1,5/0,00385

R = 389,60 Ohm

Let op! Reken 3,85 mA eerst naar A.

Uitwerking

a. Rtot = R1 + R2 + R3

Rtot = 100 + 200 + 300 = 600 Ω

b. I = U/R

I = 12/600 = 0,02 A

Herhaal paragraaf 2 en 3 

Maak alle opdrachten van paragraaf 2 en 3

blz 74,75 paragraaf 2

blz 91,92 paragraaf 3