Le vendredi 26 janvier (H3a-s04)

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Coucou, ça va?

Le programme 

- herhalen ww devoir

- bespreken huiswerk

- écouter

- travailler sur le vlog

leerdoelen: 

- je herhaalt woordenschat en werkwoord 

- je werkt aan de voorbereiding van je vlog

- je kunt gesprekken begrijpen over pretparken en de hoofdlijnen van een nieuwsbericht.

Kies de juiste vertaling:
Hij moest

1. Il devrait
2. Il devait
3. Il a dû
4. Il doit

Kies de juiste vertaling:
Jullie moeten

1. Vous devrez
2. Vous deviez
3. Vous doivez
4. Vous devez

Vertaal: wij hebben (ge)moeten

Vertaal: ik zal moeten

Vertaal: le métier

1. de stuntman
2. het wapen
3. de waaghals
4. het beroep

Vertaal: la natation

1. het zwemmen
2. het rennen
3. het lopen
4. het kruipen

Vertaal: soi-même

1. zelfs
2. dezelfde
3. zichzelf
4. hetzelfde

Vertaal: au contraire

1. maar
2. daarentegen
3. toch
4. ondanks

Vertaal: se faire mal

Vertaal: le feu

8A.Controleer regelmatig je materiaal. Het moet altijd in perfecte staat zijn.

 Je moet absoluut materiaal kiezen dat bij je gewicht en je niveau past.

Ecouter

-ECOUTER ensemble exercices 9-10-11 p.19-20 

Les devoirs

- maken ECOUTER exercices 12-13 p. 20-21

- werken aan vlog

- leren apprendre 6 p.38