Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
aiToolsTab
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
13.2 Gaschromatografie les 2
Herhaling vorige les/ Extra: Gesloten systeem vloeistofchromatografie (HPLC)
1 / 27
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Scheikunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
In deze les zitten
27 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
2 videos
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Herhaling vorige les/ Extra: Gesloten systeem vloeistofchromatografie (HPLC)
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Herhaling: Wanneer ontstaat een dipool-dipool binding?
Slide 3 - Open vraag
Dipool-dipool binding/ Waterstofbruggen
Een waterstofbrug is simpelweg een sterke dipool-dipool binding.
Gebeurt bij de meest elektronegatieve atomen en waterstof, o
ftewel bij hele polaire bindingen!
Gebeurt tussen H en O of N
Slide 4 - Tekstslide
Waarom hebben propaan-1-ol en butaan-1-ol niet dezelfde retentietijd?
Slide 5 - Open vraag
Gaschromatografie
Slide 6 - Tekstslide
Lesdoelen gaschromatografie:
Je leert:
-over de stationaire en mobiele fase en de retentietijd van gaschromatografie.
- over de invloed van een polaire en apolaire stationaire fase op de retentietijd.
Slide 7 - Tekstslide
Gaschromatografie wordt vaak als kwalitatieve analysemethode gebruikt. Wat wordt hiermee bedoeld?
A
methode om te analyseren welke stoffen er zich in een monster bevinden
B
methode om te analyseren wat de hoeveelheid is van elke stof in een monster
C
methode om te analyseren welke stoffen en hoeveel van deze stoffen er zich in een monster bevinden
D
ik heb echt geen flauw idee
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Video
N.a.v. het filmpje van zojuist: Was het een zuivere stof of een mengsel?
A
Het was een zuivere stof
B
Het was een mengsel
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Gaschromatografie (
Noteer
)
Geschikt voor gassen en vluchtige stoffen
Stationaire fase kan polair of apolair zijn.
mobiele fase is een inert gas
Monster wordt ingespoten en wordt ook gas door hoge temperatuur (oven)
Scheiding is op basis van kookpunt (!) en aanhechtingsvermogen stationaire fase.
inert = niet reagerend
Slide 12 - Tekstslide
Hoe lang het duurt voordat moleculen van een stof 'elueren' (uit de kolom bij de detector komen) hangt af van...(meerdere antwoorden mogelijk)
A
de moleculen van de stof zelf
B
de stationaire fase
C
de temperatuur in de oven
D
het debiet (stroomsnelheid in mL/s) van het draaggas
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
De retentietijd is de tijd...
A
die het draaggas er over doet om van de injector bij de detector te komen
B
die de stationaire fase er over doet om van de injector bij de detector te komen
C
die de moleculen van stof X in het monster er over doen om van de injector bij de detector te komen
D
die verstrijkt van het begin tot het eind van een kwalitatieve analyse middels gaschromatografie
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
1. Is het korreltje gehydrateerd silica polair of apolair?
2. Is de stationaire fase van korreltjes gehydrateerd silica
geschikt voor de scheiding van polaire stoffen of voor apolaire stoffen?
A
1. polair 2. polaire stoffen
B
1. polair 2. apolaire stoffen
C
1. apolair 2. polaire stoffen
D
1. apolair 2. apolaire stoffen
Slide 17 - Quizvraag
Wanneer de stationaire fase 'apolair' (een hydrofobe stof) is...(meerdere antwoorden mogelijk)
A
heeft een stof die bestaat uit apolaire moleculen een grotere retentietijd dan een stof die bestaat uit polaire moleculen
B
heeft een stof die bestaat uit polaire moleculen een grotere retentietijd dan een stof die bestaat uit apolaire moleculen
C
bereikt een hydrofobe stof eerder de detector dan een hydrofiele stof
D
bereikt een hydrofiele stof eerder de detector dan een hydrofobe stof
Slide 18 - Quizvraag
Aan de slag
Lees goed paragraaf 13.2
Maak opgaven 12, 14 t/m 17
Slide 19 - Tekstslide
Kwalitatief vs Kwantitatief
We kunnen twee dingen uitvinden met gaschromatografie!
Een kwalitatief resultaat dat laat zien welke stof aanwezig is.
Een kwantitatief resultaat dat aanduid hoeveel van een bepaalde stof aanwezig is
Slide 20 - Tekstslide
Demo gaschromatografie
Slide 21 - Tekstslide
kwantitatieve analyse:
Oppervlakte onder de piek belangrijk!!
Slide 22 - Tekstslide
Wanneer je gaschromatografie als kwantitatieve analysemethode toepast
A
gebruik je de hoogtes van de pieken
B
gebruik je de breedtes van de pieken
C
gebruik je de oppervlaktes onder de pieken
D
gebruik je de plaatsen (retentietijden) van de pieken
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Welk van de chromatogrammen is verkregen na de tweede analyse?
A
chromatogram A
B
chromatogram B
C
chromatogram C
D
chromatogram D
Slide 26 - Quizvraag
Aan de slag
Lees nogmaals goed paragraaf 13.2
Maak opgaven 18 t/m 20
Slide 27 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
2.3 Celmembranen en transport (deel 1)
September 2023
-
26 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
2.3 Celmembranen en transport (deel 1)
September 2025
-
26 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
5H Herhalen Osmose/Diffusie
May 2023
-
20 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
4V 2.2 dl2 + 2.3 Celmembranen en transport dl1
July 2025
-
29 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
4V 2.3 Celmembranen en transport
June 2022
-
29 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
4V 2.3 dl2 Osmose + 3.1 Onderzoek
May 2023
-
41 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Practicum osmose + 3.2 Gegevens verzamelen
July 2025
-
17 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Hoofdstuk 4 - Onderzoeksvaardigheden | VWO
March 2022
-
54 slides
Maatschappijwetenschappen
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5,6
Seneca Burgerschap