In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
5.2 De invloed van de zee
Slide 1 - Tekstslide
Lesplanning
Lesdoelen
Invloed van zee op het klimaat
Opwarming van land
Opwarming van water
Afkoeling
Zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het einde van de les weet de leerling wat voor invloed zee op het klimaat heeft.
Aan het einde van de les weet de leerling waarom het langer duurt voordat de zee opwarmt.
Aan het einde van de les weet de leerling waarom het langer duurt voordat de zee afkoelt.
Aan het einde van de les weet de leerling het verschil tussen een land en een zee klimaat.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Opwarming zee
De zee heeft veel invloed op de gemiddelde temperatuur in een gebied, vooral in de zomer en in de winter. Gebieden aan de kust worden in de zomer minder warm en in de winter minder koud dan gebieden landinwaarts.
Dat komt doordat zee en land verschillend opwarmen en afkoelen.
Slide 5 - Tekstslide
Opwarming van land
Land warmt onder invloed van zonnestralen heel snel op.
Zonnestralen niet diep in oppervlakte doordringen.
Komt in de bovenste centimeters terecht.
Slide 6 - Tekstslide
Opwarming van water
Warmt minder snel op dan een landoppervlak.
Dit komt doordat zonnestralen diep in het zeewater moeten doordringen.
Warmte over groter oppervlakte
Mengsel met dieper kouder zeewater.
Slide 7 - Tekstslide
Afkoeling
In de winter ontvangen land en zee veel minder zonnestralen en koelen af.
Ook daarbij geldt dat land veel sneller afkoelt dan zee.
Daarom voelen de zee en wind van zee in de winter warmer aan.
Slide 8 - Tekstslide
Wind vanaf zee
Gebieden dichter bij zee worden in de zomer minder warm en in de winter minder koud dan gebieden meer landinwaarts.
Slide 9 - Tekstslide
Invloed van de zee in de zomer:
Hoe verder van de koelere zee, hoe warmer het wordt.
18
22
26
Zomer
In de zomer is het dicht bij de zee nog koeler. Dit komt omdat de zee dus in de winter heeft kunnen afkoelen en niet snel opwarmt in de zomer. Om die reden wordt de lucht boven de zee afgekoeld, met als gevolg dat er een frissere wind over het land in de zomer waait. Hoe verder deze koele zeewind landinwaards gaat, hoe warmer die wordt. Dit komt omdat land dus sneller opwarmt dan zee. Met als gevolg dat de wind die boven land komt, wordt opgewarmt.
Slide 10 - Tekstslide
Invloed van de zee in de winter:
Hoe verder van de 'warmere' zee, hoe kouder het wordt.
8
2
-5
Winter
In de winter is de situatie net omgedraaid. Omdat de zee in de zomer heeft kunnen opwarmen, is het water in de winter dus nog vrij warm. Met als gevolg dat de lucht die boven de zee hangt, wordt opgewarmd. Dit zorgt ervoor dat in de winter het niet erg koud kan zijn in Nederland. Landinwaarts daarentegen, wordt de lucht weer afgekoeld, waardoor landen die verder van zee liggen een lagere temperatuur hebben dan landen die wel aan zee liggen.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Neerslag in millimeters
Slide 13 - Tekstslide
Hoe verder van de zee, hoe meer invloed van de zee
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quizvraag
In de zomer is de zee ...................................dan het ............................. De lucht boven ............................ is koeler dan die boven ................................... . Hierdoor is het in het binnenland van Europa ................................... dan langs de kust. In de winter is het in het binnenland van Europa ................................... dan aan de kust. Dat komt doordat de zee ................................... dan is dan het land.
Leerlingen klaar? Slepen maar!
warmer
warmer
Koeler
Kouder
Land
Land
Zee
Slide 15 - Sleepvraag
00:09
Wat voor klimaat heerst er in Nederland?
A
Zeeklimaat
B
Landklimaat
Slide 16 - Quizvraag
00:40
Wat warmt er sneller op?
A
land
B
zee
C
allebei evenveel
D
geen van de drie
Slide 17 - Quizvraag
01:14
Waar is het warmer in de winter?
A
aan de zee
B
in het land
C
geen van beide
Slide 18 - Quizvraag
01:44
Wat wordt er bedoeld met aflandig wind?
A
Wind die vanuit zee waait wordt aanlandig wind genoemd
B
Wind die vanuit land waait wordt aanlandig wind genoemd
Slide 19 - Quizvraag
02:18
Waar is het gemiddeld kouder in de winter?
A
Amsterdam
B
Kiev
Slide 20 - Quizvraag
Bij een zeeklimaat: zijn de zomer warm, en de winters koel.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quizvraag
In de winter is wind van zee warmer, dan wind vanaf land.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quizvraag
Hoe noem je wind dat vanaf zee het land op komt
A
Zeewind
B
Landwind
C
Aanlandige wind
D
Aflandige wind
Slide 23 - Quizvraag
Zelfstandig werken
Wat?: Werken aan paragraaf 5.2.
Hoe?: Via de online methode van de Geo.
Op welke manier?: Zelfstandig zonder overleg met je buurman of buurvrouw. Dus het is stil.
Waarom?: Om te oefenen met de leerstof.
Tijd?: 20 minuten
Klaar?: Als je 5.1 niet af hebt, maak je die af en anders maak je samenvatting van de begrippen van hoofdstuk 5.1 en 5.2.
Slide 24 - Tekstslide
Afsluiting
Aan het einde van de les weet de leerling wat voor invloed zee op het klimaat heeft.
Aan het einde van de les weet de leerling waarom het langer duurt voordat de zee opwarmt.
Aan het einde van de les weet de leerling waarom het langer duurt voordat de zee afkoelt.
Aan het einde van de les weet de leerling het verschil tussen een land en een zee klimaat.
Slide 25 - Tekstslide
Voor volgende les
Voor de volgende les moet hoofstuk 5.1 en 5.2 volledig af zijn!