Recht: Week 2

Recht
Week 2: Verzekeringen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Recht
Week 2: Verzekeringen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Wat is verzekeren?

Slide 3 - Tekstslide

Verzekeren
Je betaald een verzekeraar geld zodat hij je helpt als zich een bepaald onzeker voorval voordoet. 
Je beperkt je risico's. 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Twee soorten verzekeringen
Schadeverzekeringen & sommenverzekeringen

Slide 6 - Tekstslide

Schadeverzekering
Heeft als doel dat je geen last hebt van schade door een onzeker voorgeval. Je wordt voor de gemaakte schade gecompenseerd. 

Let op! Bij wet geregeld dat je nooit financieel voordeel mag halen uit een schadeverzekering. 

Slide 7 - Tekstslide

Sommenverzekering

Bij sommenverzekering wordt van tevoren vastgelegd welk bedrag wordt uitgekeerd bij een bepaald voorval. 
Er wordt dus niet gekeken hoe hoog de schade is. 

Ongevallenverzekering
Levensverzekering
Arbeidsongeschiktheidsverzekering

Slide 8 - Tekstslide

Welke van de onderstaande verzekeringen is een schadeverzekering?
A
Ongevallenverzekering
B
Geldverzekering
C
levensverzekering
D
arbeidsongeschiktheidsverzekering

Slide 9 - Quizvraag

Welke van de onderstaande verzekeringen is een sommenverzekering?
A
Motorrijtuigenverzekering
B
Bedrijfsschadeverzekering
C
Levensverzekering
D
Transportverzekering

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Polis
De polis is een overeenkomst tussen twee partijen. De verzekeraar en de verzekernemer. Het schriftelijke bewijs. 

Slide 12 - Tekstslide

Verzekeringskosten
De prijs die je betaalt voor je verzekering.. 

Slide 13 - Tekstslide

Verzekeringskosten
Premie

Poliskosten (administratiekosten)

Assurantiebelasting (21% belasting)

Eigen risico..

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Onderverzekeren of oververzekeren

Als je onderverzekerd bent krijg je nooit 100% van de schade uitbetaald.

                            verzekerd bedrag
Uitkering =  ---- x schade
                              werkelijke schade

Slide 16 - Tekstslide

Formule uitkering
                         verzekerd bedrag
Uitkering = ---- x schade
                              werkelijke schade
8.000
-----   x 500    =  400
10.000

Slide 17 - Tekstslide