In deze les zitten 24 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
§6.1 Een rijk land
Nederland na 1945
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt beschrijven hoe de economie van Nederland zich na 1945 ontwikkelde.
Je kunt uitleggen hoe Nederland in de jaren 1950 een verzorgingsstaat werd.
Je kunt uitleggen wat verzuiling is en waarom de verzuiling vanaf 1960 minder werd.
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet jij over
Nederland na 1945?
Slide 3 - Woordweb
§6.1
Een rijk land
A
De economie groeit hard
Leerdoel:
Je kan beschrijven hoe de economie van Nederland zich na 1945 ontwikkelde
NL in 1945:
Bruggen kapot geschoten
Spoorlijnen kapot gemaakt
Fabrieken kapot geschoten
Land onder water gezet
→ NL wederopbouw =herstel van de schade die de WOII had veroorzaakt.
Begrippen:
wederopbouw
Marshallhulp
consumptiemaatschappij
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
A
De economie groeit hard
1950 wederopbouw voltooid: economie op niveau van voor oorlog.
Twee oorzaken:
Regering, werkgevers, werknemers spraken af de lonen laag te houden
VS gaf Marshallhulp(economische hulp in de vorm van geld/ grondstoffen).
Tijdens een bloemencorso in de Bollenstreek bedanken Nederlanders met een praalwagen voor de Marshallhulp. Op het hart staat: ‘Thank you Marshall’.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Na de oorlog was ‘samenwerking voor de wederopbouw van Nederland’ de boodschap. Hiervoor werden campagnes gevoerd, zoals op dit affiche van de Amsterdamse haven in 1945.
Slide 8 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
A
De economie groeit hard
Door economische groei steeg welvaart.
1960: de lonen stijgen.
Mensen kunnen luxeproducten kopen
Nederland wordt consumptiemaatschappij.
Gevolgen:
Een aangenamer leven (centrale verwarming, badkamer)
Twee vrije dagen (zaterdag en zondag)
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
A
De economie groeit hard
Jaren 1970 en 1980 verandert economie sterk:
Er ontstaat een economische crisis. Oorzaak: de hoge lonen.
→ bedrijven gingen robots gebruiken of fabrieken naar lagelonenlanden verplaatsen → De werkloosheid stijgt hard in de jaren 80 → In de jaren 90 stijgt de economie weer
Slide 11 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
A
De economie groeit hard
In de jaren 1970 en 1980 verandert de economie sterk:
Er ontstaat een economische crisis. Oorzaak: de hoge lonen. → bedrijven gingen robots gebruiken of fabrieken naar lagelonenlanden verplaatsen → De werkloosheid stijgt hard in de jaren 80 → In de jaren 90 stijgt de economie weer
Minder verdient in industrie en landbouw. Ontstaan nieuwe tak economie: de dienstensector → banken → overheid → winkeliers → horeca
Slide 12 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
B
De verzorgingsstaat
Jaren 50 Nederland een verzorgingsstaat:
met wetten helpt de overheid mensen met lage inkomens.
AOW (algemene ouderdomswet)
WAO (wet arbeidsongeschiktheid)
Kinderbijslagwet
Algemene bijstandswet
Zorgverzekering voor iedereen
Slide 13 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
B
De verzorgingsstaat
Hoe werd dit allemaal betaald:
* Door de groei van de economie stegen de belastinginkomsten
NL verkocht Gronings gas, wat veel geld opleverde
Slide 14 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
B
De verzorgingsstaat
Crisis in de jaren 80:
De verzorgingsstaat is te duur:
uitkeringen werden verlaagd
strengere regels om uitkering te krijgen
bij ziekte minder lang uitkering
Slide 15 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
C
De verzuiling verdwijnt
Leerdoel:
Je kan uitleggen wat verzuiling is en waarom de verzuiling vanaf 1960 minder werd
Tot 1960 hoorde je in Nederland bij een groep:
socialisten
liberalen
katholieken
protestanten
Dit noem je verzuiling.
Begrippen:
verzuiling
ontkerkelijking
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
§6.1
Een rijk land
C
De verzuiling verdwijnt
Leerdoel:
Je kan uitleggen wat verzuiling is en waarom de verzuiling vanaf 1960 minder werd
Tot 1960 hoorde je in Nederland bij een groep:
socialisten
liberalen
katholieken
protestanten
Dit noem je verzuiling.
Een zuil had eigen:
scholen
jeugdverenigingen
omroepen
politieke partijen
etc...
Begrippen:
verzuiling
ontkerkelijking
Slide 18 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
C
De verzuiling verdwijnt
De zuilen waren verschillend, maar ook grotendeels hetzelfde:
iedereen lette goed op elkaar
bijna alle volwassenen waren getrouwd
vrouwen zorgden voor de kinderen
mensen werkten hard en leefden zuinig
weinig tijd en geld voor ontspanning
je volgde de regels van je ouders, de kerk of de leiders van de zuil
Slide 19 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
C
De verzuiling verdwijnt
Vanaf de jaren 1960 werden zuilen minder belangrijk:
Er was meer welvaart (rijkdom) in Nederland
We hadden de verzorgingsstaat
→ Gevolg: mensen waren minder afhankelijk van steun van de kerk of de zuil.
Slide 20 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
C
De verzuiling verdwijnt
Vanaf de jaren 1960 werden zuilen minder belangrijk:
Er was meer welvaart (rijkdom) in Nederland
We hadden de verzorgingsstaat
→ Gevolg: mensen waren minder afhankelijk van steun van de kerk of de zuil.
Jongeren maakten zich als eerste los van de zuil:
Er was meer geld dus jongeren gingen langer naar school dan hun ouders.
Ze hadden daardoor meer kennis en zelfvertrouwen.
Ze durfden kritisch te zijn richting kerk en politici
Slide 21 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
C
De verzuiling verdwijnt
Vanaf de jaren 1960 werden zuilen minder belangrijk:
Er was meer welvaart (rijkdom) in Nederland
We hadden de verzorgingsstaat
→ Gevolg: mensen waren minder afhankelijk van steun van de kerk of de zuil.
Jongeren maakten zich als eerste los van de zuil:
Er was meer geld dus jongeren gingen langer naar school dan hun ouders. Ze hadden daardoor meer kennis en zelfvertrouwen. Ze durfden kritisch te zijn richting kerk en politici
Veel jongeren gingen niet meer naar de kerk: de kerk vonden ze ouderwets! Deze ontkerkelijking nam steeds meer toe: - 1960: 80% van de jongeren gaat naar de kerk - 2020: 20% van de jongeren gaat naar de kerk
Slide 22 - Tekstslide
§6.1
Een rijk land
C
De verzuiling verdwijnt
Vanaf de jaren 1960 werden zuilen minder belangrijk:
Er was meer welvaart (rijkdom) in Nederland
We hadden de verzorgingsstaat
→ Gevolg: mensen waren minder afhankelijk van steun van de kerk of de zuil.
Jongeren maakten zich als eerste los van de zuil:
Er was meer geld dus jongeren gingen langer naar school dan hun ouders. Ze hadden daardoor meer kennis en zelfvertrouwen. Ze durfden kritisch te zijn richting kerk en politici
veel jongeren gingen niet meer naar de kerk: de kerk vonden ze ouderwets! Deze ontkerkelijking nam steeds meer toe: - 1960: 80% van de jongeren gaat naar de kerk - 2020: 20% van de jongeren gaat naar de kerk