Les 1 politiek project

Politiek
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Politiek

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Komende weken
We gaan middels LessonUp en doe-opdrachten aan de slag met politiek. Het boek gebruik je als naslagwerk. 

Vandaag kijken we naar grondrechten en het verschil tussen democratie en dictatuur

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning komende weken
  1. Keuzes maken, grondrechten en democratie/dictatuur
  2.  Politiek in Nederland en partijen
  3. Van wens naar wet
  4. Zelf stemmen en politieke bingo

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de grondwet staat dat je gekozen kunt worden voor de Tweede Kamer als je 18 jaar of ouder bent.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de grondwet staat dat kinderen tot 18 jaar recht hebben op schoon drinkwater.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Dit is een kinderrecht, dat zijn rechten speciaal voor kinderen

Kinderrechten gelden voor alle kinderen, over de hele wereld. Het Internationale Verdrag inzake de Rechten van het Kind werd op 20 november 1989 aangenomen door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Bijna alle landen hebben het verdrag ondertekend, Nederland ook. (Alleen de VS hebben het niet ondertekend!). De landen hebben hiermee de verplichting op zich genomen om de rechten van kinderen in hun land te beschermen. 
In de grondwet staat dat scholen zelf mogen bepalen welk geloof zij willen uitdragen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de grondwet staat dat iedere burger recht heeft op toegang tot openbaar vervoer.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de grondwet staat dat alle auto’s een autogordel moeten hebben voor de veiligheid.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Dit Is geen recht maar een plicht. Dit staat niet in de Grondwet, wel in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens. 
In de grondwet staat dat de overheid niet mag discrimineren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de grondwet staat dat er recht is op briefgeheim. (Dat betekent dat alleen de geadresseerde de brief mag openen.)
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Dit is een verouderde wet.

Posts en reacties op Facebook en Instagram vallen niet onder deze wet. Daarvoor gelden de voorwaarden van FaceBook en Instagram waar je vooraf mee akkoord gaat (de ‘kleine lettertjes’). Facebook ligt regelmatig overhoop met landen als het gaat om privacy. 
Dictatuur
Nederland is een democratie. Dat wil zeggen dat de burgers van Nederland in vrijheid leven en mogen meebeslissen over de regels in het land. Een land waar burgers minder vrij zijn en ook niet mogen meebeslissen, noemen we een dictatuur. Aan het hoofd staat de dictator.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van een dictatuur
Een dictatuur is het omgekeerde van een democratie. In een democratie zijn eerlijke, vrije en geheime verkiezingen. Niemand hoeft te weten op wie je stemt en iedereen kan en mag meedoen aan de verkiezingen. In een dictatuur is dat eigenlijk omgedraaid:

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

KENMERKEN VAN EEN DICTATUUR
  1. Een dictatuur kent geen verkiezingen. Als er wel verkiezingen worden gehouden, dan is dat nep en valt er eigenlijk niets te kiezen.
  2. In een dictatuur bestaan geen vrijheden. Je mag geen politieke partij beginnen, je mening niet uiten en je mag niet demonstreren. Ook is de media vaak in handen van de dictator, zodat er alleen maar positief nieuws over de dictatuur wordt verteld.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

KENMERKEN VAN EEN DICTATUUR
3. De opvolging van de dictator beslist de dictator zelf. Dictators doen maar moeilijk afstand van de macht. Vaak zijn ze heel oud wanneer ze stoppen. Een dictator wordt meestal opgevolgd door een een familielid of vertrouweling.

4. Belangrijke banen binnen de overheid worden vaak door een kleine groep mensen rondom de dictator ingevuld: familieleden en andere vertrouwelingen worden bijvoorbeeld minister of rechter.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

KENMERKEN VAN EEN DICTATUUR
5. De dictator straft vaak streng. Om de touwtjes in handen te houden, moet de dictator streng optreden. Zo controleert de politie veel op straat en worden mensen snel opgepakt en zonder rechtszaak gevangen of ergens aan het werk gezet.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Burgers mogen meestemmen over alle wetten.
Bij de nationale verkiezingen gaan alle stemmen naar de politieke partij van de leider.
Mensen met kritiek op de regering worden zonder eerlijk proces gevangen genomen.
Iemand mag in een krant schrijven dat hij vindt dat minister-president Rutte erger is dan Hitler.
Voor de aanleg van een dam moeten twee miljoen mensen verhuizen. Zij krijgen hiervoor geen vergoeding.
Je mag in de krant geen slechte dingen schrijven over de overheid
Iedereen mag een partij oprichten om mee te doen aan de verkiezingen.
Rechters zijn onafhankelijk en kunnen niet snel worden ontslagen.
Je mag de overheid aanklagen als je het niet eens bent met een beslissing.
 De koning en zijn familie hebben alle macht.
Democratie
Dictatuur

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Zoek de volgende begrippen op:
BB en KGT                           KGT
Politiek                                 Bezuinigingen
Democratie                        Belastinggeld                   
Algemeen belang           Overheid    
Dictatuur                             Directe democratie
Grondwet                            Indirecte democratie                                    Ambtenaren                      
                                                 



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies