Textiel verzorgen: les 2

Was voorbereiden en sorteren
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Was voorbereiden en sorteren

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les

Slide 2 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een plantaardig grondstof

Slide 3 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een dierlijke stof

Slide 4 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een kunstmatige grondstof

Slide 5 - Open vraag

Wat is een behandelingsetiket?

Slide 6 - Open vraag

Wat betekent
dit symbool?

Slide 7 - Open vraag

Wat betekent
dit symbool?

Slide 8 - Open vraag

Aan het einde van de les...
Kan jij uitleggen hoe je de was kan sorteren op tempratuur en materiaal.
Kan jij vertellen hoe je de juiste wasmiddel kan kiezen.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe vaak per week doe jij de was?

Slide 10 - Open vraag

Wat doe je als eerst voordat je gaat wassen?

Slide 11 - Open vraag

Voordat je gaat wassen..
Je let bij de voorbereiding op het volgende:
  • Maak alle zakken leeg.
  • Sluit knopen en ritsen.
  • Rol opgestroopte mouwen af.
  • Keer truien en spijkerbroeken binnenstebuiten.
  • Keer T-shirts met een opdruk binnenstebuiten.



Slide 12 - Tekstslide

Hoe sorteer je de was?

Slide 13 - Open vraag

De was sorteren
Soorteer op kleur:
  1. Witte was: wit of lichtgekleurde wasgoed.
  2. Bonte was: gekleurd wasgoed.
  3. Donkere was: zwart, donkerblauw of grijs wasgoed.

Slide 14 - Tekstslide

Sorteren op materiaal
  • Textielproducten worden gemaakt van verschillende soorten materiaal. Deze bestaan uit verschillende grondstoffen.
  • Iedere stof moet op een andere manier gewassen worden.
  • Texteilproducten die je niet te heet mag wassen, noemen we "fijne wasgoed"

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Sorteren op tempratuur 
Hoge tempratuur zorgt voor het doden van bacteriën, maar ook voor het krimpen.
Wassen op lage tempratuur is goed voor het milieu.


Slide 17 - Tekstslide

Algemene regels voor tempratuur zijn:
  • 90 C: besmet wasgoed door bijvoorbeeld urine of bloed
  • 60 C: beddengoed, handdoeken, theedoeken, sportkleding en ondergoed
  • 30 C: shirts, overhemden, broeken, truien, jurkjes en rokjes.

Slide 18 - Tekstslide

Waar staat op welke tempratuur je een kledingstuk moet gaan wassen?

Slide 19 - Open vraag

Wasmiddel kiezen
De wasmiddel dat je gebruikt hangt af van de wasgoed.
Je kan wasmiddel is drie soorten kopen:

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Het etiket van de wasmiddel
Staat de dosering op. 
Hoeveel wasmiddel je gebruikt hangt af van:
1. hoe vies het wasgoed is
2. wat de waterhardheid is.

Slide 22 - Tekstslide

Wat is een vlekverwijderaar?

Slide 23 - Open vraag

Wasverzachter
Zorgt ervoor dat stoffen zacht worden.
Zorgt voor een lekker geur en stoffen zijn makkelijk te strijken.
Nadelen zijn:
- Het wasgoed neemt minder vocht op
- Het wasgoed trekt sneller vuil aan.
- Het gebruik van wasverzachter is niet goed voor het milie.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Ergonomisch werken
Tijdens het verzorgen van textiel let je op een ergonomische houding. Let op het volgende:

  • Wasmand op werkhoogte.
  • Stel de srijkplank op de juiste hoogte in.
  • Werk met een rechte rug.

Slide 26 - Tekstslide