Hoofdstuk 1.3 + 1.4

Maatschappijwetenschappen
H 1.3 + 1.4
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Maatschappijwetenschappen
H 1.3 + 1.4

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
- Herhaling en verdieping lesstof H1 (1.1 t/m 1.4)

  1. Opfrissen HC+KC's
  2. HC + KC spel
  3. Fragment uit 'Poldermocro's' (NPO, 2022)

- Nabespreking

Slide 2 - Tekstslide

KERNCONCEPT Identiteit 
Het             dat iemand van                heeft, dat hij                                   en anderen                      en dat hij als kenmerkend en blijvend beschouwt voor zijn eigen persoon en dat is afgeleid van zijn perceptie over de groep(en) waar hij wel of juist niet deel van uitmaakt.
beeld
uitdraagt
zichzelf
voorhoudt

Slide 3 - Sleepvraag

KERNCONCEPT Socialisatie 
Het proces van                       en                        van de                           van de groep(en) en de                           waar mensen toe behoren. Het               bestaat uit                                            ,                     en andere vormen van omgang met anderen.
overdracht
cultuur
opvoeding
verwerving
onderwijs
proces
samenleving

Slide 4 - Sleepvraag

KERNCONCEPT Cultuur 
Het geheel van                                    , opvattingen, uitdrukkingsvormen,                                         die mensen als lid van een                                            hebben                                                     .               
verworven
groep of samenleving
voorstellingen
waarden en normen

Slide 5 - Sleepvraag

KERNCONCEPT Acculturatie
Het                      en                        van een andere                  of                        daaruit dan waarin iemand is 
aanleren
elementen
verwerven
cultuur
opgegroeid

Slide 6 - Sleepvraag

Het hulpvragen spel 
timer
7:00000

Slide 7 - Tekstslide

Hoofd- en kernconcepten bij Vorming
Vorming (HC)
• Wie verwerft / verwerven er een identiteit?
• Welke identiteit wordt er verworven?
Identiteit
• Welk beeld (1 van de 3) komt naar voren in de tekst en waarom?
- Het beeld dat iemand van zichzelf heeft;
- Het beeld dat hij uitdraagt en anderen voorhoudt;
- Het beeld dat hij als kenmerkend en blijvend beschouwt voor zijn eigen persoon
• Van welke groep(en) is dit beeld afgeleid?’
- Van de groep waar iemand toe behoort
- Van de groep waar iemand níet toe behoort

Slide 8 - Tekstslide

Hoofd- en kernconcepten bij Vorming
Socialisatie
• Wat wordt er overgedragen of verworven in de bron?
• Hoe vindt deze socialisatie plaats (1 van de 3)?
- Opvoeding
- Opleiding
- Andere vormen van omgang met anderen

Acculturatie
• Wat wordt er aangeleerd of verworven in de bron?
• In welke andere cultuur is de persoon opgegroeid (anders dan de huidige cultuur)?



Slide 9 - Tekstslide

Hoofd- en kernconcepten bij Vorming
Cultuur
• Welk(e) cultuurelement(en) (5) is/zijn te herkennen in de bron?
- Voorstellingen
- Opvattingen
- Uitdrukkingsvormen
- Waarden
- Normen
• Wat is de voorstelling/opvatting/uitdrukkingsvorm/waarde/norm?
• Bij welke groep of samenleving past dit stukje?



Slide 10 - Tekstslide

Hoofd- en kernconcepten bij Vorming
Cultuur
• Welk(e) cultuurelement(en) (5) is/zijn te herkennen in de bron?
- Voorstellingen
- Opvattingen
- Uitdrukkingsvormen
- Waarden
- Normen
• Wat is de voorstelling/opvatting/uitdrukkingsvorm/waarde/norm?
• Bij welke groep of samenleving past dit stukje?



Slide 11 - Tekstslide

Fragment met kijkvragen







Duur: 30 min.           Beantwoord tijdens het kijken al zo veel mogelijk vragen

Slide 12 - Tekstslide

Nabespreking
  1. Collectieve identiteiten (NEDERLAND / MAROKKO)
  2. Verschillende cultuur elementen + zijn ze materieel of immaterieel?
  3. Ayoub voelt zich zowel poldermocro als kaaskop en vindt het soms lastig om tussen twee culturen opgevoed te worden. Hij vindt dat hij in principe géén identiteit heeft. Waarom klopt dit niet? (met gebruik van KC Identiteit)
  4. Tarik vindt dat mannen niet horen te dansen. Leg uit waarom dit te maken heeft met spanningen tussen aspecten van identiteit. 
  5.  Yasmine benoemt dat het belangrijk is dat iemand met een hoofddoek meedoet aan dit programma. Wat is haar reden hiervoor? (Gebruik het woord vooroordeel of stereotype).
  6. ’s Avonds gaan de jongeren naar het hart van Marrakesh toe. Hier leren ze meer over de Marokkaanse cultuur. Welke dingen hadden ze niet verwacht? Koppel deze dingen aan een cultuurelement. 



Slide 13 - Tekstslide

Extra: Oefenen op thema
Evt. afmaken:
- EX OPG 1.2 + 1.3 Vrouwenvoetbal: socialisatie & cultuur
- EX OPG 1.3 + 1.4 Georganiseerde misdaad: cultuur & acculturatie

Ga verder met: 
- EX OPG 1.2 / 1.4 Gezichtsherkenning: socialisatie, cultuur, socialisator, functies van socialisatie
- EX OPG 1.3 Digitale nomaden: subcultuur
- EX OPG 1.4 Alcoholgebruik bij studentenverenigingen: functies van socialisatie

Klaar?
Zelftesten met flashcards / doorlezen paragraven / oprdachtenboek (zie lesplanner)
timer
30:00

Slide 14 - Tekstslide

VROUWENVOETBAL

Slide 15 - Tekstslide

Georganiseerde criminaliteit

Slide 16 - Tekstslide

Gezichtsherkenning

Slide 17 - Tekstslide

Digitale nomaden

Slide 18 - Tekstslide

Alcoholgebruik bij studentenverenigingen

Slide 19 - Tekstslide

Maatschappijwetenschappen
Volgende week (3):
2.1 + 2.2

Fijn weekend!

Slide 20 - Tekstslide