vzv, hz, bz

• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Planning

• Lezen
• Theorie herhalen
• Spelling nakijken
• Leren voor de toets
• Extra grammatica/ extra spelling maken

Herhaling grammatica

• Voorzetselvoorwerp
• Samengestelde zin
• Hoofdzin + bijzin
• Nevenschikking
• Onderschikking
• Het ontleden van de samengestelde zin

Voorzetselvoorwerp

Zinsdeel dat begint met een vast voorzetsel.

Hoe bepaal je de zinsdelen?

Wat is een voorzetsel?

Voorzetselvoorwerp

1. Is figuurlijk
2. Je kunt het niet vervangen door een ander voorzetsel

Bijwoordelijke bepaling:

1. Is letterlijk + precieze plaats of tijd
2. Je kunt het wel vervangen door een ander voorzetsel

Samengestelde zin

Zin met meerdere persoonsvormen.

-> Verander de zin van tijd!

Stappenplan:

1. Verander de zin van tijd. Zet een streep onder de persoonsvorm.

2. Zet een cirkel om het onderwerp.

3. Plaats dubbele zinsdeelstrepen tussen de zinnen in de samengestelde zin.

4. Hoofdzin of bijzin?

Hoofdzin

• Onderwerp en persoonsvorm staan naast elkaar.
• De persoonsvorm staat op de eerste of tweede plaats in de zin.

Bijzin

• Onderwerp en persoonsvorm zin van elkaar gescheiden of je kunt ze van elkaar scheiden.
•  De persoonsvorm staat op de laatste of een na laatste plaats.
• De bijzin is een zinsdeel van de hele zin.

Nevenschikking

De zin bestaat enkel uit hoofdzinnen.

De zinnen worden verbonden door voegwoorden en, maar, want, of.

Elke zin van een nevenschikkend samengestelde zin kun je apart ontleden. Het voegwoord benoem je niet.

Onderschikking

Bestaat uit een hoofdzin en een of meer bijzinnen.

Onderschikkende voegwoorden.

Ontleden: stel de bijzin vast en ontleed de hoofdzin. Benoem de bijzin en ontleed de bijzin.

Spelling

Peroonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd.

Meervouds-n bij verwijzingen

Maken...

Spelling nakijken

Extra grammatica/ extra spelling + zelf nakijken

Leren voor de toets!