06-05 t/m 08-05 1HV Frans

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Programme

Terugblik

• Le pronom possessif ->bezittelijk voornaamwoord
  

Leerstof overzichtelijk

• opdrachten in LessonUp
  

Toets Chapitre 3 vrijdag 15 mei 2020

Deze week

Wat ga je deze week leren en doen:

• terugblik bezittelijk voornaamwoord
• toets Chapitre 3 plannen
• overzicht leerstof maken
• oefentoets doen en kijken wat je al goed kan
• vragen stellen

Prends ton livre de textes à page 50

Le pronom possessif

Het bezittelijk voornaamwoord

C'est mon lit.                                = Het is mijn bed. 

Mon cours commence.             = Mijn les begint. 

Voilà ma chambre.                     = Hier is mijn slaapkamer.

Je suis dans ma piscine.           = Ik ben in mijn zwembad.

Je mange avec mes parents.  = Ik eet met mijn ouders. 

J'ai fini mes devoirs.                   = Ik heb mijn huiswerk af. 

De vorm van het bezittelijk naamwoord hangt af van het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort

Le lit           C'est mon lit.

La chambre          Voilà ma chambre.

Les parents          J'adore mes parents.

De vorm van het bezittelijk voornaamwoord

Voorbeelden

1. Marc est mon frère.

2. Ils sont tes parents.

3. C'est sa maison. 

4. C'est notre voiture.

5. Ce sont vos livres.

6. Ils font leurs devoirs.

Let op!

Als het zelfstandig naamwoord vrouwelijk enkelvoud is en met een klinker of stomme h begint: altijd mon, ton of son!

Amélie est mon amie.  = Amélie is mijn vriendin.

C'est son équerre.         = Dat is zijn geodriehoek.

Vul het juiste bez. vnw. in:
Je suis dans ... (mijn) chambre. (v)

1. mon
2. ma
3. ta
4. sa

Vul het juiste bez. vnw. in:
Pierre et Marie sont ... (onze) parents.

1. ses
2. tes
3. nos
4. vos

Vul het juiste bez. vnw. in:
George est ... (haar) cousin.

1. son
2. sa
3. ta
4. ton

Vul het juiste bez. vnw. in:
7, Rue de Gare est ... (zijn) adresse (v).

1. ta
2. ton
3. sa
4. son

Leren voor de toets

• Pak je werkboek en je tekstboek
  
• Blader naar Chapitre 3
  
• Je ziet straks hier vragen over op welke blz. in WB of TB je iets kan vinden
  
• Je geeft antwoord met eerst het boek en dan de blz.
  

In welk boek en op welke bladzijde vind ik de Vocabulaire Chapitre 3?

In welk boek en op welke bladzijde vind ik de uitleg over het werkwoord Avoir?

In welk boek en op welke bladzijde vind ik phrases-clés I?

In welk boek en op welke bladzijde vind ik de phrases-clés D?

In welk boek en op welke bladzijde vind ik de uitleg over le pronom possessif?

In welk boek en op welke bladzijde vind ik de uitleg over te getallen tot 70?

Oefentoets WB blz. 125 t/m 128

Opdracht 1 is een luisteropdracht-> deze mag je overslaan

Opdracht 2 gaat over Vocabulaire-> lees deze eerst even door

Opdracht 3 gaat over grammatica-> lees eerst de uitleg door

Opdracht 4 gaat over de phrases-cles-> lees deze eerst

Opdracht 5 is een leesopdracht-> lees eerst de vragen!

Vragen?-> benader mij even persoonlijk via Teams

Nakijken opdrachten werkboek

Huiswerkpdrachten:29bcd, 30ab, 31 + 34 vanaf WB blz. 109

Gebruik de link naar LessonUp om de uitleg terug te zoeken!

Schrijf hier vragen die je voor mij hebt. Je mag mij natuurlijk ook mailen: [e-mail]