donderdag 7 januari

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Hausaufgaben 7 januari

Lernen: grammatica alle aantekeningen DUS KEN ZE MORGEN UIT JE HOOFD!!

machen: Übung 18 (zie wb blz 149 voor hulp voor de t.t) 

und machen 19 t/m 28 

Ziel heute

*herhalen/toepassen modalverben Präteritum (=v.t)

*Sprachmittel vertalen

kunnen

mogen, toestemming hebben

leuk vinden, lusten, aardig vinden

moeten (het kan niet anders)

willen

moeten (wil van een ander)

weten

müssen

mögen

dürfen

können

wollen

sollen

wissen

3 Regels? Welke?

1 Nooit een Umlaut

2 uitgangen te, test, te, ten, tet, ten

3 ich en er/sie/es zijn in de v.t hetzelfde

(wollen) ....... Sie im Garten arbeiten?

Ja, aber ich (können) ....... nicht.

(Mögen) ........ ihr früher gern Schokolade?

Ja gern, aber wir (wissen) .......... nicht, dass es schlecht war.

(können) ......... du gestern zu Oma kommen?

Nein, ich (müssen) ....... zu Hause bleiben.

Klassikaal Sprachmittel

We gaan de zinnen klassikaal maken. Fouten maken mag. Ik ben er om jullie te helpen.

extra oefenstencil

dit stencil (bestand) heb ik in teams bij bestanden algemeen neergezet. Voor het geval stuur ik het bestand ook nog bij de chat voor het geval

Hausaufgaben Deutsch 13 Jan

Lernen: Sprachmittel N-D (om jezelf te overhoren kun je na het leren oefening 33 maken) Hou de woordenlijst ook bij.

Machen: extra stencil modalverben (staat in teams en ook in somtoday) en als je t/m 28 nog niet helemaal had dan dat afmaken.