Thema 6, B3: De bloedvaten

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

B3: De bloedvaten

Thema 6: Transport

Doelstelling

• Je kunt 3 typen bloedvaten kunnen noemen met hun kenmerken en functies
• Je kunt in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen
• Je kunt de samenstelling van het bloed aangeven in slagaders en aders

Welke bloeddeeltjes kunnen buiten het bloedvatenstelsel komen?

Opdracht

Benoem de bloedvaten in de afbeelding in je biofolio van B4,

blz 9
Vul de tabel in het biofolio in, blz 10

Slagader

- van het hart naar een orgaan

- hoge bloeddruk

- dikke, stevige, elastische wand

- ligging; diep in het lichaam

- slag is voelbaar

Ader

- van een orgaan naar het hart

- lage bloeddruk

- dunne wand

- ligging; ondiep in het lichaam

- kleppen

Zuurtstofgehalte

- Alle slagaders zijn zuurstofrijk, behalve de longslagader

- Alle aders zijn zuurstofarm, behalve de longader

Glucosegehalte

Bij de meeste organen is het glucosegehalte van het bloed in de slagader hoger dan in de bijbehorden ader

in de poortader treden de grootste schommelingen op in het glucosegehalte

doordat de lever het glucosegehalte constant houdt, is het glucosegehalte in de leverader hoger dan in de andere aders

Huiswerk

Maken tm B3

Leren tm B2