7.4 Voedsel verteren II

7.4 Voedsel verteren II
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

7.4 Voedsel verteren II

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
  • Herhaling 7.4 I
  • Lezen 7.4 II
  • Leerdoelen 7.4 II
  • Theorie
  • Opdrachten
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Verteringssappen bevatten enzymen. Wat zijn enzymen?
A
indicatoren
B
slotjes voor sleutels
C
stoffen die processen versnellen
D
stofjes die het beste werken bij 37 graden

Slide 5 - Quizvraag

Welk enzym werkt niet bij jouw lichaamstemperatuur?
A
x (rood)
B
y (groen
C
z (paars)
D
ze zijn allemaal gelijk

Slide 6 - Quizvraag

E= enzym en
V= voedingsstof
Wat is fout bij dit schema van de enzymwerking?
A
Het enzym past precies op de voedingsstof
B
Het enzym breekt in twee
C
De voedingsstof breekt in twee
D
Er is slechts één voedingsstof aanwezig

Slide 7 - Quizvraag

Lezen theorie 7.4
Lees de theorieblokken (groene boxen) vanaf p 45
Arceer kernzinnen/kernwoorden
timer
10:00

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen 7.4
  • Je kunt beschrijven hoe je voedsel door het verteringsstelsel gaat.
  • Je kunt beschrijven waar vertering in je lichaam gebeurt.
  • Je kunt uitleggen hoe de voedingsstoffen in je bloed komen.
  • Je kunt uitleggen wat er na vertering met de voedselresten gebeurt. 

Slide 9 - Tekstslide

Route voedsel
  • Mondholte
  • Keelholte
  • Slokdarm
  • Maag
  • Twaalfvingerige darm
  • Dunne darm
  • Dikke darm
  • Endeldarm
  • Anus
  • WC
Voedsel gaat naar beneden door peristaltische bewegingen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Peristaltische bewegingen
  • Voedsel gaat richting de anus door peristaltische bewegingen
  • Ook als je ondersteboven hangt!

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Verteren
Sommige stoffen worden niet verteerd en kunnen meteen in het bloed worden opgenomen:
  • glucose
  • mineralen
  • vitaminen
  • water

Slide 14 - Tekstslide

Verteren
Andere voedingsstoffen kunnen niet door de darmwand heen.
Dat zijn:
  •  Eiwitten
  • Koolhydraten
  • Vetten
Deze voedingsstoffen moten dus eerst worden verteerd voordat ze kunnen worden opgenomen.

Slide 15 - Tekstslide

Vertering
Mondholte
  • Enzymen in speeksel
  • Verteren koolhydraten (zetmeel)
Maag
  • Enzymen in maagsap
  • Verteren eiwitten
  • Maagzuur dood bacteriën

Slide 16 - Tekstslide

De lever
  • Functie: produceert gal
  • Gal wordt tijdelijk opgeslagen in de galblaas en afgevoerd via de galbuis
  • Gal verdeelt vet in kleine druppeltjes ( emulgeren)
  • Hulpstof

Slide 17 - Tekstslide

Vertering
Twaalfvingerige darm
  • Gal uit de lever via de galblaas
  • Gal is geen verteringssap!!
  • Maakt vetdruppels kleiner

  • Enzymen in alvleessap
  • Verteren koolhydraten (zetmeel), eiwitten en vetten

Slide 18 - Tekstslide

Voedingsvezels
  • Stoffen uit planten die je lichaam niet
kan verteren
  • Voedingsvezels zijn nodig voor een
goede darmwerking

Slide 19 - Tekstslide

Vertering
Dunne darm
  • Enzymen in darmsap
  • Verteren koolhydraten (zetmeel) en eiwitten

Slide 20 - Tekstslide

Voedingsstoffen opnemen
Dunne darm
  • Opname in haarvaten
Bouw dunne darm
  • Dunne darm heeft darmplooien
  • Op de darmplooien darmvlokken
  • Hierdoor groter oppervlak

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Hoe komen voedingsstoffen in het bloed?
- Dunne darm oppervlak is ongeveer 200 m2

- Dunne darm lengte is ongeveer 3.5x lichaamslengte

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Na vertering
Dikke darm
  • Opname van water
Darmflora
  • Bacteriën
  • Breken een deel van de onverteerde stoffen af, hierbij ontstaan stinkende gassen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Wat blijft er over na de vertering?
- Dikke darm haalt al het water uit de voedselbrij 

- Uitwerpselen verzamelen in de endeldarm

Slide 27 - Tekstslide

Opdracht

  • Telefoon
  • Maak afsluitende opdrachten



timer
5:00

Slide 28 - Tekstslide

In welk van deze sappen zitten enzymen om Vetten te verteren ?
Verteert vetten
Verteert geen vetten
Geen verteringssap
Maagsap
Darmsap
Speeksel
Alvleessap
Gal

Slide 29 - Sleepvraag

In welk van deze sappen zitten enzymen om koolhydraten te verteren ?
Verteert koolhydraten
Verteert geen koolhydraten
Geen verteringssap
Maagsap
Darmsap
Speeksel
Alvleessap
Gal

Slide 30 - Sleepvraag

In welk van deze sappen zitten enzymen om Eiwitten te verteren ?
Verteert eiwitten
Verteert geen eiwitten
Geen verteringssap
Maagsap
Darmsap
Speeksel
Alvleessap
Gal

Slide 31 - Sleepvraag

MAAG
LEVER
DUNNE DARM
DIKKE 
DARM
TWAALF
VINGERIGE 
DARM
SPEEKSEL

-productie zoutzuur
-enzym verteerd eiwit voor een deel
-Groot oppervlak
-enzymen verteren eiwitten & koolhydraten
-opname voedingsstoffen in het bloed
Maakt gal wat vetten kleiner maakt
Bevat enzym wat zetmeel verteerd
-onttrekt water uit voedselbrij
-opname water in bloed
Hier mengen gal & alvleessap met de voedselbrij

Slide 32 - Sleepvraag

De functie van het verteringsstelsel is het omzetten van...................... in ....................
Speeksel en maagsap zijn voorbeelden van.....................

De enzymen in...................... zorgen ervoor dat voedingsstoffen........................ worden afgebroken. Voedingsstoffen die...................... door de darmwand heen kunnen worden omgezet in verteringsproducten. Verteringsproducten kunnen...........................door de darmwand heen.
Verteringssappen
Verteringssappen
Sneller
Langzamer
Voedingsstoffen
Voedingsmiddelen
Wel
Niet

Slide 33 - Sleepvraag

1. Noem drie dingen die je geleerd hebt.
2. Noem twee dingen die je al wist.
3. Noem een ding waar je nog een vraag over hebt.

Slide 34 - Open vraag