elektriciteit 4havo 1e les: terugblik

4 Havo elektriciteit
Lesdoelen:
Activeren voorkennis
Je kunt de onderwerpen van het hoofdstuk benoemen
We onderzoeken wat je in de onderbouw moeilijk vond



1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

4 Havo elektriciteit
Lesdoelen:
Activeren voorkennis
Je kunt de onderwerpen van het hoofdstuk benoemen
We onderzoeken wat je in de onderbouw moeilijk vond



Slide 1 - Tekstslide

Onderwerpen
"OUD": 
Lading
Energie
Stroom, spanning, weerstand en vermogen

"Nieuw"
Soortelijke weerstand
rekenen met weerstand in een parallelschakeling


Slide 2 - Tekstslide

energie en vermogen

Om 1 uur te fietsen moet ik 1 boterham eten
Ik fiets 4 uur 
Hoeveel boterhammen moet ik per uur eten?

Hoeveel energie heb ik verbruikt? 
Vermogen is de hoeveelheid energie per seconde


Slide 3 - Tekstslide

Lading

Slide 4 - Tekstslide

De spanning over de lampen is:
ULA1+=9V
A
9V over lamp 1 9V over lamp 2
B
4,5V door lamp 1 4,5V door lamp 2
C
4,5V over lamp 1 4,5V over lamp 2
D
9V door lamp 1 9V door lamp 2

Slide 5 - Quizvraag

De spanning over de lampen is:
ULA1+=9V
A
9V over lamp 1 9V over lamp 2
B
4,5V door lamp 1 4,5V door lamp 2
C
4,5V over lamp 1 4,5V over lamp 2
D
9V door lamp 1 9V door lamp 2

Slide 6 - Quizvraag

De stroom door de batterij is 200mA
ULA1+=9V
A
De spanning over LA1 is 9V
B
De stroom door LA1 is 100mA
C
De lampjes branden niet
D
de amperemeter geeft 0,2A aan

Slide 7 - Quizvraag

De amperemeter geeft 100mA aan
ULA1+=9V
A
De stroom door LA2 is 100mA
B
De stroom door LA1 is 100mA
C
Geen één van de lampjes brandt
D
Beide lampjes branden

Slide 8 - Quizvraag

Bekijk de schakeling
A
De stroom in LA3 is lager dan in LA1
B
De stroom in LA1 is het hoogst
C
De stroom in LA3 is het hoogst
D
De stroom in LA2 is het hoogst

Slide 9 - Quizvraag

In een geleider
A
zitten kanaaltjes die de elektronen doorlaten
B
zitten meer elektronen dan in een isolator
C
zit altijd metaal
D
kunnen elektronen makkelijk van atoom naar atoom springen

Slide 10 - Quizvraag

Je ziet zout water
A
Zout is een geleider
B
water is een geleider
C
opgelost zout is een geleider
D
water is een geleider door het zout

Slide 11 - Quizvraag

Aan het werk!
H1.1  Maak opgaven  1, 3, 4, 6

Slide 12 - Tekstslide