Grammar: Meervoud

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Today ...
Vandaag gaan we bespreken hoe wij zelfstandige naamwoorden in het meervoud kunnen zetten.

Doel: aan het eind van de les kunnen we de juiste meervouds vorm toepassen..

Slide 2 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een meervoud in het Nederlands

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg ...

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg  ...

Slide 7 - Tekstslide

Wat komt bij
meervoud achter?
A
S erbij
B
S erbij
C
S erbij
D
S erbij

Slide 8 - Quizvraag

Write the plural

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Wat komt na S - klank?
A
S erbij
B
ES erbij
C
X erbij
D
blijft hetzelfde

Slide 11 - Quizvraag

Write the plural

Slide 12 - Open vraag

Wat komt er na medeklinker + Y?
A
S erbij
B
ES erbij
C
Y wordt - IES
D
blijft hetzelfde

Slide 13 - Quizvraag

write the plural

Slide 14 - Open vraag

Wat komt na F?
A
S erbij
B
ES erbij
C
F verdubbeld
D
F wordt V

Slide 15 - Quizvraag

write the plural

Slide 16 - Open vraag

Wat komt na Y als er een klinker voor de Y staat?
A
S erbij
B
ES erbij
C
Y verdubbeld
D
Y wordt -IES

Slide 17 - Quizvraag

Write the plural

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Write the plural

Slide 20 - Open vraag

plural: one jacket - two ....

Slide 21 - Open vraag

plural: one book - two ...

Slide 22 - Open vraag

plural: one child - two ...

Slide 23 - Open vraag

Plural: one hobby - two ...

Slide 24 - Open vraag

Slide 25 - Link

Slide 26 - Link

Slide 27 - Link

Slide 28 - Link

Slide 29 - Link

Ik kan nu de juiste vorm van meervoud gebruiken.
A
ja
B
nee
C
een beetje
D
misschien

Slide 30 - Quizvraag