Herhalen 7.1 en 7.2

Deze week t/m 7,4
Deze week maken de opgaven  t/m 41
Doelen deze week
- Ik kan uitleggen wat import, export en wederuitvoer is
- Ik kan uitleggen waarom we importeren en exporteren
- Ik kan omschrijven wat de rol van EU is en hoe we met elkaar handelen in de EU
- Ik kan beschrijven wat de rol van de EMU is

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Deze week t/m 7,4
Deze week maken de opgaven  t/m 41
Doelen deze week
- Ik kan uitleggen wat import, export en wederuitvoer is
- Ik kan uitleggen waarom we importeren en exporteren
- Ik kan omschrijven wat de rol van EU is en hoe we met elkaar handelen in de EU
- Ik kan beschrijven wat de rol van de EMU is

Slide 1 - Tekstslide

Europese Unie
Export
Import
Infrastructuur
Internationale handel
Een belasting op geimporteerde goederen en diensten. Ook wel importhefftig of douanerachten genoemd.
Voorzieningen die nodig zijn voor vervoer en communicatie, zoals wegen, vliegvelden, havens, internet en het electriciteitsnet.
Het kopen van goederen en diensten uit het buitenland.
Invoerrechten
In- en uitvoer. Handel tussen twee of meer landen
Groep Europese landen die vooral op economisch gebied samen werken
Het verkopen van goederen of diensten aan het buitenland.

Slide 2 - Sleepvraag

Ik ben op vakantie in Frankrijk. Import of export voor Nederland?

A
Import
B
Export

Slide 3 - Quizvraag

Het nationaal inkomen van een land is € 785 miljard. De importwaarde is € 456 miljard en de exportwaarde is € 422 miljard. Bereken de importquote.

Slide 4 - Open vraag

Voordelen import 
Voordelen export
Meer keus in goederen en diensten 
Meer concurrentie tussen Nederlands en buitenlandse bedrijven.
De productie stijgt
De werkgelegenheid stijgt
De inkomens stijgen

Slide 5 - Sleepvraag

Wat is een betalingsbalans ?
A
Overzicht van de uitgaven aan het buitenland
B
Overzicht van de inkomsten uit het buitenland
C
Overzicht van de betalingen en ontvangsten met het buitenland

Slide 6 - Quizvraag

Wordt het overschot op de Nederlandse betalingsbalans groter of kleiner?
--> Een Nederlands gezin brengt de vakantie door op een camping in Spanje
A
Kleiner
B
Groter

Slide 7 - Quizvraag

Wordt het overschot op de Nederlandse betalingsbalans groter of kleiner?
--> Een Nederlands bedrijf exporteert machines naar Frankrijk
A
Kleiner
B
Groter

Slide 8 - Quizvraag

Wordt het overschot op de Nederlandse betalingsbalans groter of kleiner?
--> Een Nederlander koopt op de Duits beurs aandelen van het automerk Audi.
A
Kleiner
B
Groter

Slide 9 - Quizvraag

In de EU is er sprake van een Interne markt. Leg uit wat een interne markt is

Slide 10 - Open vraag

5.2 Europa zonder grenzen? 
Interne markt
(gemeenschappelijke markt)
  • Grenzen tussen de lidstaten zijn weggevallen
  1. Vrij verkeer van goederen en diensten
  2. Vrij verkeer van personen
  3. Vrij verkeer van kapitaal

Slide 11 - Tekstslide

Landen waar je met de euro kunt betalen zijn lid van de Europese Monetaire Unie (EMU).
A
onjuist
B
juist

Slide 12 - Quizvraag

De landen die met de euro betalen vormen samen de EMU. Ook is er een centrale bank, namelijk de ECB. De ECB heeft als doel onder andere prijsstabiliteit. De inflatie moet niet te hoog of te laag zijn.
Waarom is prijsstabiliteit belangrijk voor consumenten in de EU?
A
Een hoge inflatie leidt tot hogere besparingen
B
Een hoge inflatie leidt tot hoge investeringen
C
Een hoge inflatie leidt tot koopkrachtverlies
D
Een hoge inflatie leidt tot loonverlies

Slide 13 - Quizvraag

De wisselkoers van de euro t.o.v. de dollar daalde van $ 1,26 naar $ 1,12 op 20 januari. Harvest is een bedrijf uit Nederland en importeert machines uit Amerika.
Bereken hoeveel euro Harvast op 20 januari moet betalen voor machines van $ 240.000?

Slide 14 - Open vraag

Berekening vorige vraag
€ - 1              x  
$ - 1.12          1           240.000

1 : 1.12 x 240.000
Of
240.000 : 1.12

Slide 15 - Tekstslide

Nu aan het werk
- Maken de opgaven van 7.1 en 7.2
- De opgaven maken op papier en maandag meenemen naar de les

Vragen kun je stellen via de chat.

Slide 16 - Tekstslide