Week 6: Fysiek leerstijlen

• LOB
• MBO
• Studiejaar 1

Week 6: Fysiek

LOB

Kolb leerstijlen test

Je krijgt 6 personen die bij jou thuis komen eten en je wil iets lekkers koken.

 Wat ga je eten en hoe verloopt het proces? 

opschrijven op papiertje en daarna bespreken. 

- wie herkent zich daarin ? 

Leerstijlen van Kolb

- Iedereen leert op een eigen manier 

  en pakt een situatie op een eigen 

  manier op. 

- leren, beroepen, activiteiten sluiten     aan.

- er zijn 4 fasen in de aanpak van een 

  situatie. 

- je doorloopt ze allemaal maar soms 

  in een andere volgorde.

Doener

• Wil ervaring opdoen
  
• Experimenteren
  
• Snel in actie
  
• Ongeduldig als het niet gaat
  
• Zonder nadenken iets doen
  
• Moeite hoofd- en bijzaken scheiden
  
  
• Blij van: uitproberen, contact met anderen,
  

Dromer

• Kijkt hoe anderen het doen
  
• Eerst denken, dan doen
  
• Voorzichtig en weinig risico
  
• Vaak twijfelen
  
• Probleem vanuit veel kanten bekijken
  
• Zien meerdere oplossingen maar tijd nodig
  
• Eerst mensen leren kennen

Beslisser

• Hakt knopen door
  
• Wil graag oplossingen en minder theorie
  
• Leert van praktijkopdrachten
  
• Taken uitvoeren onder begeleiding
  
• Stappenplan
  
• Richt zich graag op taken
  

Denker

• Houdt van logica en redeneren
  
• Wil weten waarom iets zo is
  
• Leggen verband met iets dat ze kennen
  
• Gestructureerd werken
  
• Vraagt niet snel om hulp
  
• Ideeën zijn niet altijd uitvoerbaar
  
• Stelt graag vragen
  
• Zelfstandig
  

Waar 

zit 

jij? 

Test jouw leerstijl van Kolb

- samen de test 

  doornemen: 

  hoe pak ik dat  

  aan?

- zelf aan het 

  werk. 

Uitslag

Tel de punten die je bij A hebt neergezet bij elkaar op. Daarna bij B,C&D

0 t/m 15 = Deze manier gebruik je bijna niet.

16 t/m 21 = Deze manier gebruik je soms.

22 t/m 27 = Deze manier pas je veel toe.

28 t/m 40 = Deze manier gebruik je het liefst

A = Doener                      C = Denker

B = Dromer                      D = Beslisser

Wat zegt dat over jou? 

Wat is jouw uitslag? Hoe kijk je hierop terug? Waar ben je achter gekomen? Wat wist je nog niet of misschien juist al wel? Hoe kun je dit gebruiken in je ontwikkeling op school en in je privéleven?